Al Ajjaz, Faes

Journaliste d'origine saoudienne. Son nom fut cité dans les affaires Vernaillen et Goffinon. Il était en contact avec certains membres du WNP.

michel a écrit:

Journaliste d'origine saoudienne. Son nom fut cité dans les affaires Vernaillen et Goffinon. Il était en contact avec certains membres du WNP.

Le seul lien qui existe entre ce journaliste et l'affaire Vernaillen (pas l'affaire Goffinon) est le véhicule Mazda brun coupé qui "aurait" été utilisé (la preuve n'est même pas rapportée) dans l'attentat Vernaillen.
Or, au moment des faits, le dit véhicule avait fait l'objet d'une escroquerie à l'assurance et ce par Faes lui-même de telle sorte que ce véhicule se trouvait dans les mains de Zaïrois. Ce véhicule a alors été volé av. Louise, alors qu'il était à l'arrêt, moteur en marche et que le conducteur se trouvait dans une agence de voyage.
Ce petit fait divers démontre bien comment travaillent les enquêteurs et cela me fait dire: Qu'est-ce que ce Faes vient faire dans ces affaires? Si ce n'est de créer encore des nouvelles pistes inutiles...

Enquête bien futile, aurait dit Futula Bonza, le chauffeur de la voiture...

welkominn a écrit:

Enquête bien futile, aurait dit Futula Bongo, le chauffeur de la voiture...

Qui avait vu le matin mê dans des runes celto-zaïroise qu'on lui volerai sa mazda.

Etranges cependant les relations entre ce "journaliste" et le WNP...

Etrange aussi, la ressemblance entre le "voleur" de la voiture

et le PR 19...

De morgen 09-04-1999
DOUGLAS DE CONINCK

Was de man die eind 1981 de auto stal waarmee een aanslag werd gepleegd op rijkswachtmajoor Herman Vernaillen een later lid van de Bende van Nijvel? De Morgen kwam in het bezit van een bijna achttien jaar oude robotfoto die opvallende gelijkenissen vertoont met de momenteel in het hele land verspreide 'foto 19' van een van de schutters van de Bende. Indien het om dezelfde man gaat, is er voor de speurders in Charleroi opnieuw reden om zich te interesseren voor het duo Madani Bouhouche en Robert Beijer. Toen waren ze hardwerkende leden van de Brusselse BOB, later werden ze gangsters. Maar cumuleren was mogelijk.



Wat Futula Bonza die namiddag doet, is niet slim. Hij parkeert de grijze Mazda 626 in dubbele file en met de sleutels op het contact voor het kantoor van Air Zaïre op de Louizalaan in Brussel. Wanneer hij weer buitenkomt, is de auto weg. Het is 16 september 1981.

Raphaël D., de uitbater van een aanpalende winkel, heeft nog geroepen. "Het is een plaag, mijnheer." Hij gluurt vaak vanuit zijn etalage geërgerd naar de met ronkende motor achtergelaten auto's en mompelt dan: "Stomkop". Deze keer heeft hij tenminste het gezicht van de dief gezien.

26 oktober 1981, Hekelgem, iets na middernacht. Er wordt aangebeld bij Herman Vernaillen, luitenant-kolonel en grote baas van het rijkswachtdistrict Brussel. De majoor springt in zijn kamerjas, maakt licht in het salon en in de hal en schuift naast de voordeur een gordijntje open: "Wie daar?"

Het antwoord is een oorverdovend salvo van kogels. De majoor gooit zich op de grond. Twee minuten lang blijven de schutters mikken om te doden. Dat lukt niet. Vernaillen wordt wel geraakt aan zijn rug, maar weet op handen en voeten het salon te bereiken. Zijn echtgenote krijgt een kogel in de buik. Zij zal voor 40 procent invalide blijven. De majoor kan zelf de hulpdiensten bellen. Voor hij in de ziekenwagen stapt, roept hij: "Verwittig Goffinon en bescherm hem!"

Vernaillen had er bewogen tijden op zitten. Samen met adjudant Guy Goffinon had hij zich vastgebeten in de zaak-François. Als nummer één van het Nationaal Bureau voor Drugsbestrijding (NBD) had rijkswachtcommandant Léon François Amerikaanse - maar in België verboden - opsporingstechnieken uitgeprobeerd. Hij was zelf drugs beginnen verhandelen "om in het milieu te infiltreren". Het draaide uit op een catastrofe. Volgens de ene verloor François tientallen miljoenen aan drugsbaronnen, volgens de andere "verdiende" hij die en deed hij het geld verdwijnen. Erg duidelijk werd het nooit.

Toenmalig rijkswachtbaas Fernand Beaurir had François altijd door dik en dun gesteund en ging ervan uit dat Vernaillen alles vakkundig onder de mat zou vegen. Dat deed hij, voor zover bekend, niet. Hij kreeg last met zijn superieuren. Niet alleen daarom riep hij die nacht om bescherming voor Goffinon. Twee weken eerder was de koffer van diens dienstauto ontploft. Hij zat er zelf niet in, maar de daders dachten blijkbaar van wel. Het bompakket explodeerde maar half: de explosieven niet, het telegeleide ontstekingsmechanisme wel. Speurders spraken van "beginnende professionals".

Er waren nog meer bizarre dingen gebeurd. Op 27 maart waren twee leden van de BOB betrapt toen ze met gesofisticeerd materiaal twee collega's afluisterden die een getuige in de zaak-François zaten te verhoren. Vernaillen was razend toen hij hoorde dat zijn vervanger op het district sprak van een "incidentje" waar hij liever geen gevolg aan gaf. De afluisterende BOB'ers heetten Robert Beijer en Madani Bouhouche. Vernaillen liet een verslag opstellen. Beijer kreeg op 1 oktober 1981 te horen dat hij voor zes dagen werd geschorst. De sanctie ging in op 12 oktober. Eén dag na de bom in de auto.

In verband met de bom was een man gearresteerd: Jean-François Buslik, tipgever van de Amerikaanse Drugs Enforcement Agency (DEA). Daardoor kon men denken dat dit iets te maken had met de zaak-François. De DEA had altijd samengewerkt met de NBD. Buslik was de man die in een Tandy-winkel speciale batterijtjes had gekocht voor het ontstekingsmechanisme. Een van de BOB'ers die Buslik ging oppakken was... Bouhouche, de afluisteraar. Tijdens het verhoor van Buslik stelde Vernaillen weer iets abnormaals vast: Bouhouche kende zijn arrestant blijkbaar goed. Buslik, bleek later, was de peter van zijn zoon. Vernaillen verwijderde Bouhouche uit het onderzoek. Het was toen 24 oktober. Eén dag voor de aanslag.

Op 28 oktober 1981 wordt in de parkeergarage van de UCL-campus in Woluwe de wagen teruggevonden waarmee de dolle schutters naar Hekelgem zijn gereden. Het is de Mazda 626 die Fatula Bonza kwijtspeelde in de Louizalaan. Het bewijs dat dit dé auto is, bestaat uit een kogelhuls van het merk Sako (kaliber 222 Remington Magnum). Het is zeldzame en razend gevaarlijke munitie, die in 1981 in België alleen gebruikt wordt door de Groep Dyane, de speciale gevechtseenheid van de rijkswacht. De huls is onder een zetel in de auto achtergebleven. In en rond het huis van Vernaillen zijn negen dergelijke hulzen teruggevonden. In de koffer van de Mazda vinden de speurders ook speciale kleefband die gebruikt is bij het plaatsen van de bom in de auto van Goffinon.

Vingerafdrukken worden in de auto niet gevonden. De Mazda is vakkundig 'bewerkt'. De nummerplaten zijn verwijderd, binnen- en buitenkant zijn onder handen genomen met peper en een brandblusapparaat. In het dak is wel een gaatje geboord, en de autoradio is verdwenen. Het gaatje is even groot en zit op dezelfde plaats als bij de met antennes uitgeruste wagens van de Groep Dyane. Daar is enkele maanden eerder een boordradio gestolen. De rekening lijkt snel gemaakt: de daders komen uit het eigen korps en luisterden die nacht de rijkswacht af.

Jaren verstrijken. De aanslag op Vernaillen voegt zich samen met die op Goffinon, een spectaculaire wapenroof bij de Groep Dyane en last but not least de Bende van Nijvel toe aan de grote criminele enigma's van de jaren tachtig. Veel wijst in de richting van ontspoorde rijkswachters, maar onderzoeken worden slecht uitgevoerd en vasthoudende speurders worden uitgerangeerd. Wie het met die gang van zaken niet eens is, krijgt te horen dat hij in complotten gelooft. François krijgt een belachelijk milde straf. Vernaillen wordt uitgerangeerd omdat hij op kosten van de rijkswacht een BMW liet verbouwen voor zijn dochter. "Iedereen deed dat, maar ik word gepakt", verdedigt de majoor zich zwakjes.

Op 1 april 1983 verlaten Bouhouche en Beijer de rijkswacht. In de jaren daarna komen de verhalen. Ze leunden nauw aan bij de terreurgroep Front de la Jeunesse. Voor justitie worden ze pas verdacht na de moord op wapeningenieur Juan Mendez van FN. Die moord wordt gelieerd met de wapens van de Bende. Later wordt het duo ook beschuldigd van de moorden op een Libanees in 1989 in Antwerpen, en op Sabena-veiligheidsagent Francis Zwarts in 1982.

In de marge van de zaak-Mendez begint de Nijvelse onderzoeksrechter Yves Hennart zich vanaf 1990 te interesseren voor de aanslag op Vernaillen. Hij verdenkt Bouhouche en Beijer. Er zijn nieuwe elementen. Van de Clarion-autoradio die oorspronkelijk in de Mazda 626 zat, is een identiek exemplaar aangetroffen in de jeep van Bouhouche. Hij heeft het serienummer weggekrabd, waardoor niet met zekerheid kan worden gezegd of het om dezelfde radio gaat. Een andere auto van Bouhouche wordt in 1987 teruggevonden in de parkeergarage van de campus van de UCL - dezelfde plek waar de Mazda werd achtergelaten.

Eén essentieel element pleit in het voordeel van Bouhouche en Beijer. Met een Colt AR15 bezaten ze in 1981 wel wapens waarmee exploderende 9 mm. kogels konden worden afgevuurd, maar volgens ballistisch expert Dery ging het bij de aanslag op Vernaillen om een ander wapen: een Armalite AR18. Pas tien jaar na de feiten blijkt dat er wel degelijk met een Colt geschoten is (zie kader).

De eigenaar van de Mazda 626 is de Syriër Faez Al Ajjaz. Hij is vaak in verband gebracht met Westland New Post, een neonazistische groep waarvan in 1980 blijkt dat ze in de Staatsveiligheid heeft geïnfiltreerd en wist in te breken bij het hoofdkwartier van de Navo in Evere. Toeval, misschien. Het is nooit helemaal duidelijk geworden hoe de wagen bij Futula Bonza is terechtgekomen. De Zaïrees zegt dat hij de auto huurde van garagist André Dehaut uit Vorst. Daar liet Al Ajjaz zijn auto onderhouden. De Syriër zegt dat Dehaut in het geniep een dubbel maakte van de autosleutel, en de wagen "liet stelen". De correctionele rechtbank van Brussel doet de hele kwestie op 25 juni 1985 af als een banaal geval van verzekeringsfraude. De Mazda is stomweg twee keer gestolen, luidt het dan: eerst op vraag van Dehaut, daarna door een onbekende.

Eén zekerheid is er wel. Raphaël D., de winkelier, had de onbekende gezien. Hij was een en al bereidwilligheid toen de speurders hem vroegen om de man te beschrijven - er moest maar eens iets ondernomen worden tegen die vermetele autodieven. D. was zo zeker van zijn stuk dat hij ermee instemde om een robotfoto te laten tekenen. Die robotfoto is destijds vergeleken met de tronies van alle verdachten van de aanslag op Vernaillen, maar zonder resultaat. Bouhouche en Beijer lijken in elk geval absoluut niet op de man met "magere lichaamsbouw", "kort blond à ros haar" heeft en "plusminus 27 jaar" is.

Nu pas, zovele jaren later, kan de foto misschien van belang worden. Op 19 oktober 1998 verspreidden onderzoeksrechters Reynal en Lacroix uit Charleroi vijf nieuwe robotfoto's van leden van de Bende van Nijvel. Ze kwamen tot stand met geavanceerde technieken. Ze tonen de gezichten van de Bende-leden zoals ze werden onthouden door mensen die in grootwarenhuizen dekking zochten tijdens dodelijke raids die tussen 1982 en 1985 minstens achtentwintig levens kostten. Sommige getuigen van toen werden onder hypnose gebracht om zich de gezichten zo scherp mogelijk te memoriseren. Dat is onder meer gebeurd met foto 19. Die toont een man een hoedje en een hoog opgetrokken kraag. De gelijkenissen met de robotfoto van de Mazda-dief zijn treffend: dezelfde bril, dezelfde haarsnit, dezelfde wenkbrauwen, dezelfde ingevallen wangen.

Een robotfoto mag niet worden bekeken als een foto. In 1981 moest Raphaël D. kiezen uit ruime collecties ogen, voorhoofden, kapsels, monden, oren, neuzen, etc... Dat kan verklaren waarom het ene voorhoofd groter is dan het andere. Een snor kan groeien. Foto 19 dateert trouwens van 1985, vier jaar later. Eén ding klopt niet. Raphaël D. schatte de autodief 1,75 meter groot. Foto 19 toont de veelbesproken 'reus' van de Bende. Die mat zeker 1,90 meter.

"Maar de gelijkenissen zijn inderdaad frappant", bevestigt de Bergense advocaat-generaal Michaux, een van de huidige leiders van het Bende-onderzoek. "Onlangs hebben wij de winkelier laten verhoren. Hij beaamde de zeer treffende gelijkenissen met foto 19 en zei ons dat hij helemaal niet zeker was van de lengte van de autodief. Hij bekeek die man pas aandachtig toen hij al achter het stuur zat. Het zou dus kunnen - met de nadruk op zóú. We weten niet wie die Mazda stal en kunnen niet veel meer doen dan vaststellen dat het wel eens om dezelfde man zou kunnen gaan. Van Beijer zijn we wel vrij zeker dat die met de Bende niets te maken heeft. Voor de andere bekende personen zoeken wij verder. En het dossier-Vernaillen is er, zoals u weet, één dat ons nog steeds interesseert, ook al zijn we er niet voor bevoegd."


Opvallende gelijkenissen tussen uit 1981 daterende robotfoto in zaak-Vernaillen en schutter Bende van Nijvel

michel a écrit:

Etranges cependant les relations entre ce "journaliste" et le WNP...

N'y a t il aucun lien entre le WNP et ce beau pays qu'est le Liban ?

De Morgen 09.04.1999 – Douglas De Coninck (partie I)

L'homme qui a volé la voiture qui a servi à l'attentat contre le major de gendarmerie Herman Vernaillen est-il un membre des tueurs du Brabant wallon ? De Morgen est entré en possession d’un portrait robot qui date d'il y a presque 18 ans. Il était diffusé à l’époque dans tout le pays et ressemble étrangement au « portrait 19 » d’un des tireurs de la bande. S’il s’agit du même homme, il y a matière, pour les enquêteurs de Charleroi, à s’intéresser à nouveau au duo Bouhouche et Beijer. Ils étaient à l’époque à la BSR de Bruxelles. Plus tard ils se sont convertis au gangstérisme.

Ce que fait Futula Bonza cet après-midi-là n'est pas malin. Il gare une Mazda 626 grise devant le comptoir Air Zaïre de l'avenue Louise à Bruxelles en double file sans couper le contact. Quand il ressort du bureau, la voiture a disparu. Nous sommes les 16 septembre 1981.
Raphaël D., l'exploitant d'un commerce proche, a crié. "C'est une plaie, monsieur" A travers sa vitrine, il regarde souvent les véhicules stationnés moteur allumé et gromelle alors "Idiot". Cette fois au moins il a vu le visage du voleur.
Hekelgem, le 26 octobre 1981, peu après minuit. On sonne chez Herman Vernaillen, lieutenant-colonel et grand patron du district de gendarmerie de Bruxelles. Le major enfile sa robe de chambre, allume la lumière au salon et dans le hall et ouvre une tenture près de la porte d'entrée "Qui est là ?"

Une salve de balles lui répond. Le major plonge à terre. Les tireurs poursuivent leur assaut mortel pendant 2 minutes. Ca rate. Vernaillen est touché au dos, mais parvient à ramper jusqu'au salon. Sa femme reçoit une balle dans le ventre. Elle en gardera une invalidité à 40 %. Le major appelle les services de secours. Avant de monter dans l'ambulance, il crie "Préviens Goffinon et protège-le !"

La vie était difficile pour Vernaillen à l'époque. Avec l'adjudant Goffinon, il s'était acharné sur l'affaire François. Comme numéro un du Bureau National de lutte contre les drogues, le commandant de gendarmerie Léon François avait testé des techniques de recherches américaines interdites en Belgique. Il s'était lui-même adonné à un trafic de drogue "pour infiltrer le milieu". Cette tentative a tourné à la catastrophe. Les uns disent que François a perdu des dizaines de millions auprès de barons de la drogue, d'autres qu'il "gagnait" cet argent et le faisait disparaître. On n'a jamais très bien su.

Le patron de la gendarmerie de l'époque, Fernand Beaurir, avait toujours soutenu François, et était persuadé que Vernaillen garderait cette affaire dans l'ombre. Ce que, pour autant qu'on sache, Vernaillen n'a pas fait. Il a eu des ennuis avec sa hiérarchie. Mais ce n'est pas que pour cela qu'il demandait cette nuit-là que Goffinon soit protégé. Deux semaines auparavant, le coffre de la voiture de service de Goffinon avait explosé. Il ne se trouvait pas dans le véhicule, ce que les auteurs ignoraient. La bombe n'explosa qu'à moitié : les explosifs n'ont pas sauté, mais le mécanisme de mise à feu téléguidé bien. Les enquêteurs parlaient de "professionnels débutants".

D'autres faits étranges s'étaient produits. Le 27 mars, deux membres de la BSR avaient été pris en flagrant délit d'écoute, à l'aide de matériel sophistiqué, de deux collègues qui enregistraient un témoignage sur l'affaire François. Vernaillen était furieux d'entendre son remplaçant parler d'un "petit incident" auquel il préférait ne pas donner suite. Les gendarmes qui procédaient à cette écoute s'appelaient Madani Bouhouche et Robert Beijer. Vernaillen fit établir un rapport. Beijer apprit le 1 octobre qu'il était suspendu pour 6 jours. La sanction commença le 12 octobre. Un jour après l'attentat dans la voiture.

Un homme fut arrêté dans le cadre de cet attentat : Jean-François Buslik, informateur de la Drugs Enforcement Agency américaine (DEA). Ce qui peut donner à penser qu'il y avait un lien avec l'affaire François. La DEA avait toujours collaboré avec le NBD. Buslik avait acheté chez Tandy des piles spéciales pour mécanisme de mise à feu. Un des policiers de la BSR que Buslik fit arrêter était… Bouhouche, l'un des deux "écouteurs". Pendant l'audition de Buslik, Vernaillen remarque encore quelque chose de bizarre : Bouhouche connaissait visiblement très bien celui qui l'avait fait arrêter. Il apparut plus tard que Buslik était le parrain de son fils. Vernaillen écarte Bouhouche de l'enquête. On est alors le 24 octobre, un jour avant l'attentat.

Le 28 octobre 1981, on retrouve dans un parking du campus de l'UCL à Woluwé la voiture avec laquelle les tireurs fous se sont rendus à Hekelgem. Il s'agit de la Mazda 626 que Fatula Bonza s'était fait voler à l'avenue Louise. Une doiulle de marque Sako (calibre 222 Remington Magnum) prouve qu'il s'agit bien du véhicule en question. Cette munition est rare et très dangereuse, elle n'est utilisée à l'époque que par la brigade Dyane, escadron spécial d'intervention de la gendarmerie. La douille est restée sous un siège dans la voiture. Autour de la maison de Vernaillen, ainsi qu'à l'intérieur, on a retrouvé 9 douilles semblables. Dans le coffre de la Mazda, les enquêteurs retrouvent du papier collant spécial, le même que celui qui avait été utilisé pour l'installation de la bombe dans la voiture de Goffinon.

On ne trouve pas d'empreintes digitales dans la voiture. La Mazda a été soigneusement maquillée. Plus de plaques minéralogiques, l'interieur et l'extérieur ont été aspergés avec (du poivre ? – ndt) et un extincteur. Un petit trou a été foré dans le toit, l'autoradio a disparu. Le petit trou a la même taille et se trouve au même endroit que celui des voitures de la brigade Dyane équipées d'antennes. Quelques mois avant, on a volé une radio à la brigade Dyane. Le compte est vite fait : les auteurs proviennent de cette brigade et écoutaient la gendarmerie cette nuit-là.

Les années passent. L'attentat contre Vernaillen s'ajoute à celui contre Goffinon, un vol d'armes spectaculaire a lieu à la brigade Dyane et, last but not least, les tueurs du Brabant wallon s'ajoutent à la liste des grandes énigmes criminelles des années 80. Beaucoup d'éléments nous mènent sur la piste de gendarmes qu'on n'a pas retrouvés, mais les enquêtes ne sont pas bien menées et les enquêteurs persévérants sont écartés. Celui qui n'est pas d'accord est accusé de croire à des complots. François est frappé d'une peine ridiculement légère. Vernaillen est écarté sous prétexte d'avoir fait transformer une BMW aux frais de la gendarmerie pour sa fille. Le major se défend vaguement "Tout le monde le faisait, mais moi je me suis fait attraper.

De Morgen 09.04.1999 – Douglas De Coninck (partie II)

Le 1er avril 1983 Bouhouche et Beijer quittent la gendarmerie. Ils étaient très proches du Front de la Jeunesse, un groupe néonazi, dont il semble, en 1980, qu'ils ont infiltré la Sûreté de l'Etat et sont parvenus à s'introduire dans le QG de l'Otan à Evere. La justice ne les soupçonne qu'après le meurtre de Juan Mendez, ingénieur à la FN. Ce meurtre est commis avec les armes des tueurs du Brabant wallon. Plus tard, le duo se voit aussi accusé des meurtres d'un libanais à Anvers et de l'agent de sécurité Sabena Francis Zwarts en 1982. En marge de l'affaire Mendez, le juge d'instruction nivellois Yves Hennart commence à s'intéresser à l'attentat contre le major Vernaillen. Il soupçonne Bouhouche et Beijer. Il y a des éléments nouveaux. Dans la Jeep de Bouhouche, on trouve un autoradio Clarion identique à celui qui se trouvait à l'origine dans la Mazda 626. Le numéro de série a été limé, ce qui empêche de dire avec certitude s'il s'agit bien de la même radio. Une autre voiture de Bouhouche est retrouvée dans un parking du campus de l'UCL – au même endroit que celui où on avait abandonné la Mazda.

Un élément essentiel plaide en faveur de Bouhouche et Beijer. En même temps que le Colt AR 15 qu'ils possédaient en 1981, ils disposaient d'armes au moyen desquels des balles explosives pouvaient être tirées, mais d'après l'expert balistique Dery il s'agissait d'une autre arme lors de l'attentat contre le major Vernaillen : un Armalite AR 18. Dix ans plus tard, il semble qu'on ait bel et bien utilisé un Colt lors de cet attentat.

Le propriétaire de la Mazda 626 est le Syrien Faez Al Ajjaz. On le relie souvent au Westland New Post. Il s'agit peut-être d'un hasard. On n'a jamais très bien su comment le véhicule s'est trouvé en possession de Futula Bonza. Le Zaïrois prétend qu'il le louait au garagiste André Dehaut de Forest. C'est là que Al Ajjaz faisait entretenir sa voiture. Le Syrien affirme que Dehaut a fait faire en cachette un double des clefs et qu'il l'a "fait voler". Le tribunal correctionnel clôt toute l'affaire le 25 juin 1985 en la considérant comme une banale affaire de fraude à l'assurance. La Mazda a été volée deux fois, semble-t-il : une première fois à la demande de Dehaut, ensuite par un inconnu.

Une certitude. Raphaël D., le commerçant, a vu l'inconnu. Il était tout prêt à collaborer quand les enquêteurs lui ont demandé de décrire l'individu – il fallait bien qu'un jour on fasse quelque chose contre ces voleurs de voiture audacieux. D. était tellement sûr de son affaire qu'il accepta qu'on établisse un portrait robot. Ce portrait a été comparé à la trogne de tous les suspects de l'attentat contre Vernaillen, mais sans résultat. Bouhouche et Beijer ne ressemblent en tous cas pas du tout à l'individu "maigre", "cheveux courts blond-roux", "âgé de plus ou moins 27 ans".

Ce n'est que maintenant, tant d'années après, que le portait pourrait servir. Le 19 octobre 1998, les juges d'instruction Reynal et Lacroix de Charleroi ont diffusé cinq nouveaux portraits des tueurs du Brabant wallon. Ils les ont constitués grâce à des techniques avancées. Les portrait montrent les visages des tueurs tels qu'ils sont restés dans la mémoire de témoins qui cherchaient à se protéger dans les grandes surfaces pendant les raids meurtriers qui ont coûté 28 morts entre 1982 et 1985. Certains témoins ont été interrogés sous hypnose afin qu'ils se souviennent le plus précisément possible des visages. Ce qui est arrivé, entre autres, avec le portrait 19. Il montre un homme portant un petit chapeau, le col relevé. Les comparaisons avec le voleur de la Mazda sont frappantes : mêmes lunettes, même coupe de cheveux, mêmes sourcils, les mêmes joues creusées.

Mais on ne peut pas considérer un portrait robot comme une photo. En 1981, Raphaël D. a dû choisir dans de larges collections d'yeux, de fronts, de coiffures, de bouches, d'oreilles, de nez etc. Ce qui peut expliquer qu'un front soit plus grand que l'autre. Une moustache peut pousser. Le portrait 19 date de 1985, quatre ans plus tard. Un élément ne colle pas. Raphaël D. parle d'une personne qui pouvait mesurer 1,75 m. Le portrait 19 évalue sa taille à 1,90 m.

"Mais les ressemblances sont frappantes, en effet" confirme l'avocat-général montois Michaux, l'un des chefs d'enquête actuels. "Nous avons entendu le commerçant récemment. Il confirmait les fortes ressemblances avec le portrait 19 mais nous disait ne plus être sûr du tout de la taille du voleur. Il n'a regardé l'individu attentivement que lorsque celui-ci était déjà assis derrière le volant. Ce serait donc possible. J'insiste sur le conditionnel. Nous ne savons pas qui a volé cette Mazda et ne pouvons pas faire grand'chose d'autre qu'affirmer qu'il pourrait bien s'agir du même homme. Nous sommes sûrs que Beijer n'appartenait pas aux tueurs du Brabant wallon. Quant aux autres personnes connues, nous continuons à chercher. Et comme vous le savez, le dossier Vernaillen nous intéresse toujours, même s'il ne relève pas de notre compétence.

Cet article de De Coninck est fort intéressant. Le voleur de la Mazda ressemblerait à un des tueurs. Interpelant même si ce n'est pas démontré à 100%.

michel a écrit:

Cet article de De Coninck est fort intéressant. Le voleur de la Mazda ressemblerait à un des tueurs. Interpelant même si ce n'est pas démontré à 100%.

Non Michel ! Cet article n'est pas intéressant.
Il constitue une très mauvaise synthèse formée de raccourcis non vérifiés et totalement inexacts. Le genre de synthèse qui nuit à l'enquête sur les TBW.
J'aimerais être confronté à ce journaliste pour lui clouer le bec.

J'étais en observation lors du vol de la Mazda. C'était un endroit connu et facile pour voler des véhicules sans violence.
Je sais très bien qui a volé la Mazda et ce n'est pas une personne qui est en rapport avec les TBW.

Je sais très bien pourquoi cette voiture a été volée et cela n'a rien à voir avec les TBW.

Je sais très bien que cette Mazda n'a pas servi à l'attentat Vernaillen mais "qu'on" a voulu le faire croire aux enquêteurs et ils sont tombés dans le panneau. Une équipe de minimum trois hommes avec au minimum deux fusils, ne s'embarque pas dans un petit véhicule coupé Mazda ou autre. Sauf si cette équipe veut se suicider!

L'enquête montre sans aucun doute que le véhicule Mazda, au moment de son vol, n'était plus en possession de Faes. Ce dernier n'a absolument rien à voir avec ces faits.

Citation :

Vernaillen était furieux d'entendre son remplaçant parler d'un "petit incident" auquel il préférait ne pas donner suite.

Qui est ce brave homme ???

.

B.R. a écrit:

michel a écrit:

Journaliste d'origine saoudienne. Son nom fut cité dans les affaires Vernaillen et Goffinon. Il était en contact avec certains membres du WNP.

Le seul lien qui existe entre ce journaliste et l'affaire Vernaillen (pas l'affaire Goffinon) est le véhicule Mazda brun coupé qui "aurait" été utilisé (la preuve n'est même pas rapportée) dans l'attentat Vernaillen.
Or, au moment des faits, le dit véhicule avait fait l'objet d'une escroquerie à l'assurance et ce par Faes lui-même de telle sorte que ce véhicule se trouvait dans les mains de Zaïrois. Ce véhicule a alors été volé av. Louise, alors qu'il était à l'arrêt, moteur en marche et que le conducteur se trouvait dans une agence de voyage.
Ce petit fait divers démontre bien comment travaillent les enquêteurs et cela me fait dire: Qu'est-ce que ce Faes vient faire dans ces affaires? Si ce n'est de créer encore des nouvelles pistes inutiles...

Bonjour, Monsieur Ajjaz n'avait-il pas des contacts en Espagne avec des individus très à droite en même temps qu'avec des gendarmes belges qui furent débauchés de la gendarmerie pour leurs idées politiques extrêmes, dont un qui collectionnait, entre autres choses, des fiches ? Je dis cela à tout hasard. Des zaïrois, dites-vous, tiens !?

Al Ajjaz est un personnage ambigü qui avait des relations dans beaucoup de milieux y compris parmi les extrémistes de droite. Quel était son rôle exact dans ces affaires? Cela reste particulièrement opaque...

Quel rapport avec les zaïrois? Les fiches? Vous voulez parler des microfiches? Cela ne doit pas être légal de les collectionner.

BR rapporte le lien entre Ajjaz et les Zaïrois, tout au moins dans le dossier Vernaillen de la façon suivante et cela est basé sur les constatations.
Il ne s'agit pas de supputation.
AJJAZ a commis une escroquerie à l'assurance avec son véhicule Mazda coupé 626 (donc 2 portes) avec le garagiste André Dehaut, dont le garage était bien situé rue du Beau Site à Ixelles. Les deux intéressés ont été condamnés pour cette escroquerie.
Ensuite, une fois le véhicule en possession de André Dehaut, ce dernier l'a loué à des Zaïrois, après en avoir changé les marques d'immatriculation.
Ces Zaïrois, se sont rendus dans une agence Air Zaïre à côté d'une librairie, place Stéphanie, tout au début de l'av. Louise. Ils ont laissé la voiture en double file, clefs sur le contact et moteur tournant.
Le voleur n'a eu qu'à s'installer dans le véhicule et partir. Le voleur se trouvait là, car il guettait les voitures qui s'arrêtaient en double file pour la librairie.
Tout le reste n'est qu'affabulations.
Suite dans "Le dernier mensonge".

@minus

OK. Ca semble très clair.

Si je m'en souviens (pas certain, je n'ai pas le livre avec moi), Bouten croyait que c'était Vincent Louvaert qui a volé la Mazda.

Le trou trouvé dans le toit de la Mazda (mais sans antenne) et l'adhésif utilisé pour fixer la radio (le même que celui utilisé pour la Peugeot qui a explosée), sont des raisons pourquoi les enquêteurs croyaient que la Mazda était utilisée.

Exit, donc, l'hypothèse saugrenue de tueurs "chevronnés" circulant dans une deux portes... genre de détails parasites qui alimentent des tas de déclinaisons fantaisistes !

.

swansongunsung a écrit:

@minus

OK. Ca semble très clair.

Si je m'en souviens (pas certain, je n'ai pas le livre avec moi), Bouten croyait que c'était Vincent Louvaert qui a volé la Mazda....

Bouten ne croit rien du tout.
Il sait pertinemment qu'il invente des pièces du puzzle pour arriver à faire passer sa thèse.
Enfin, sa thèse ou ses thèses ou une grande thèse où toutes les thèses se regroupent...
Si j'étais partisan du grand complot, je dirais qu'il en fait partie et qu'il intervient dans un dernier acte pour encore plus "foutre le bordel" (excusez l'expression).
Quand vous pensez que ce bouffon qui se prétend enquêteur d'investigation de longue haleine et d'une minutie exemplaire, n'est même pas capable de trouver le prénom exact de Buslik, alors qu'il est écrit partout, que ce même bouffon confond à travers tout le livre Durie et Dery, qu'il situe le vol au Greffe correctionnel en 1985 (toujours pour que cela colle avec ses thèses) alors que ce vol a eu lieu en 1981 et j'en passe et des meilleurs.
BR m'autorise à coller ci-après un avis qu'il a reçu d'un flic encore en activité.
Nous sommes bien d'accord, ce n'est qu'un avis mais un avis de professionnel qui a connu l'époque...

"...... J'ai mis un peu de temps à le lire. Pas facile car il mélange les faits. Un grand amalgame organisé par une force supérieure. Un vrai délire, un travail d’agent d’influence.

Objectivement, c’est vrai que, présenté comme cela, tu es le pire des voyoux. Il existe cependant une vérité judiciaire qu’il peut difficilement contourner.

De mon côté, j’observe que l’essentiel de son information provient de la gendarmerie, peut-être de l’ancienne magistrature, mais pas de la PJ. Cela manque cruellement d’objectivité.

Commercialement parlant, ce livre a fait un tabac. Comme je te l’ai signalé, plusieurs jeunes collègues ont lu cette merde et m’ont naturellement posé des questions. Je leur réponds qu’avec les moyens modernes dont les équipes scientifiques disposent, nous aurions pu identifier rapidement les auteurs, les voitures, les armes. A l’époque ce n’était pas le cas.

L’idée de la constitution d’un état fort n’existe que dans la tête de gens intellectuellement défaillants. Nous constatons qu’aujourd’hui, comme hier et avant-hier, la Belgique est perfectible. Au contraire, les pouvoirs de la Police, de l’armée ont été considérablement diminués......"

swansongunsung a écrit:

@minus
Le trou trouvé dans le toit de la Mazda (mais sans antenne) et l'adhésif utilisé pour fixer la radio (le même que celui utilisé pour la Peugeot qui a explosée), sont des raisons pourquoi les enquêteurs croyaient que la Mazda était utilisée.

Mais ils avaient raison et la Mazda a bien été utilisée.

Bonjour, je trouve étonnant que l'escroquerie se soit passée entre messieurs Ajjaz et Dehaut. Auraient-ils voulu se voler la voiture à eux-mêmes qu'ils ne s'y seraient pas pris autrement, c'est mon avis. Rien de tel que qq nègres blancs comme neige pour brouiller les pistes. Monsieur Dehaut n'était-il pas en liaison avec messieurs Belen ou Kirshen ? Tout cela c'est loin, pas certain de l'orthographe ?

.

Je crois que c'était Bouhouche lui-même qui a trouvé la Mazda, dans un garage à Woluwé.

.