(major) Jean Bougerol (PIO)

.

Pas que je sache ...

_ _ _

Une parenthèse sur l'académie de Peitou...

_

Professeur à Taïwan
Par Amélie de la Musardière
(2013)

Note : le texte est une lettre datée du dimanche 25 août 1985




_

Voir la suite sur

http://amelitteraire.blogspot.be/2014/02/academie-militaire.html

(...)   Si vous regardez une carte de Taïwan, vous me direz que Kaohsiung est bien loin de Peitou, banlieue nord de Taipei. Oui. Presque à trois cents kilomètres, je crois. C’est pourquoi il ne s’agit pas vraiment de l’Académie Militaire, mais d’une de ses branches, si j’ai bien compris, spécialisée dans les sciences politiques chinoises, la pensée du Docteur Sun, et les doctrines du Kuo Min Tang. En effet, lorsque le Maréchal est arrivé dans l’Ile, on parlait encore de reconquérir le Continent par la force. Mais maintenant, l’Armée de la République de Chine - Taïwan – a compris qu’elle avait pour unique tâche la défense du pays ainsi que des îlots de Penghu, Kinmen et Matsu. Robert y était durant son service militaire. Toutefois, il reste que l’armée constitue également le « donjon » si je puis dire, du KMT, le parti nationaliste. Or la doctrine du KMT repose sur les Trois Principes du Peuple qui sont : l’anti communisme, le nationalisme, et le « bien-être du peuple ». Il faut donc que les Cadets étudient ces principes, cette doctrine, l’histoire contemporaine et la stratégie. Cela se fait à Peitou. Notre président, Monsieur Chiang Ching Kuo, a bien insisté, lors d’une allocution qu’il a prononcée à l’Ecole, pour que les Cadets conservent et cultivent « l’esprit de Whampoa ». L’Ecole dans laquelle je vais donner des cours se nomme donc « Chinese Political Warfare College Fuchingkang, Peitou » mais tout le monde l’appelle l’Académie Militaire- bien que ce soit impropre - pour plus de facilité.

Monsieur Lin, ne pouvant me donner un bon poste, m’a conseillé d’accepter la proposition du Département des Langues Etrangères de l’Académie Militaire. Le Directeur m’a prévenue qu’il ne me donnerait pas un gros salaire, mais, en compensation, il m’envoie une voiture noire de l’armée, conduite par un chauffeur en uniforme, et pavoisée aux couleurs de l’Ecole. Hum… C’est gentil, bien sûr, et peut-être pense-t-il que c’est flatteur ? Le chauffeur est toujours très en avance et se précipite pour m’ouvrir la portière lorsque je descends de l’immeuble. Le campus de l’Académie est bien entretenu mais il est loin d’être aussi joli que celui de Tamkang ! Une fois arrivés, il se précipite à nouveau pour m’aider à descendre devant la porte d’un petit bâtiment. Je monte un étage et arrive dans une toute petite salle de classe car je n’ai que dix Cadets. A mon entrée, ils se lèvent tous comme un seul homme, claquent des talons et se mettent au garde-à-vous en criant « Lao Shi, Hao ! » ce qui veut dire « Bonjour Professeur ! » Je m’incline légèrement et dis « Bonjour Messieurs » et leur fais signe de s’asseoir.

(...)

Les professeurs étrangers n’aiment pas travailler à l’Académie justement parce que le niveau d’étude des garçons, du moins pour les langues étrangères, est faible, et que le salaire n’est pas motivant. Mais aux yeux des chinois, c’est prestigieux parce que cela confère une sorte de « Certificat de bonne pensée politique » On n’imagine pas que quelqu’un qui n’apprécierait pas les Pères de la Patrie, en l’occurrence, le Docteur Sun et le Maréchal Chang, accepterait de donner des cours aux Cadets.

D’ailleurs, avant d’être embauchée, j’ai dû passer un entretien avec un officier qui m’a questionnée sur mon expérience et mes opinions politiques. Je lui ai répondu franchement que je ne faisais pas de politique mais que je n’étais pas communiste et appréciais beaucoup notre Président Chiang Ching Kuo. Cela lui a manifestement fait grand plaisir et nous avons terminé cet entretien en chantant en chœur ses louanges ! »

(...)

Dans le témoignage suivant, on apprend que le séjour de Jean Bougerol à Taïwan était financé par "les Américains"...

http://www.bendevannijvel.com/forum/viewtopic.php?id=772&p=2

Claudine M., de eerste echtgenote van majoor Bougerol, wil niet langer zwijgen. Ook zij werd geraakt door het boek van Guy Bouten:

"Zijn bijnaam was 'le Stratège'. Strategie is altijd zijn dada geweest. Na zijn vertrek bij de Jagers te Voet in Charleroi in 1970 verbleven we in het West-Duitse Euskirchen. Daar had hij bijna dagelijks contact met de verkenners van de Équipes Spéciales de Reconaissance en de Amerikaanse Special Forces. Wij waren bijna buren want onze kazerne bevond zich naast de hunne. Mijn man kreeg een speciale opleiding in de Amerikaanse legerbasis Fort Bragg in North Carolina. Daarna kreeg hij van de Amerikanen nog een cursus antiterrorisme en psychologische oorlogsvoering in Taiwan. Hij was vaak uithuizig zonder te zeggen waar hij verbleef. Dat gebeurde ook in de periode 1981-85 toen we al lang naar België waren teruggekeerd en hij afwisselend werkte in de legerbibliotheek in Evere en in het hoofdkwartier van de landmacht in Tervuren. 'Missions spéciales', zo luidde het dan. Ooit was ik getuige van een ontmoeting met een Amerikaan van wie de naam Bill Atkins luidde, in een wegrestaurant ter hoogte van Nijvel. Ik moest in de auto blijven zitten. De majoor was dik bevriend met Bernard Mercier, de ballistische expert Claude Dery en docteur Nancy, allen lid van zijn clubje in de abdij van Aulne."

- Deze, door de Amerikanen betaalde opleidingen, doen vermoeden dat Bougerol een betaalde agent was voor Amerikaanse geheime diensten.

"Oh, de zondag gingen de heren naar de mis, ze waren streng katholiek maar vergis u niet: 's avonds zaten ze bij de hoeren. Af en toe had hij contact met baron de Bonvoisin. De conversatie verliep dan heel gedistingeerd maar zodra de edelman zijn rug had gedraaid, stak hij een middelvinger in de lucht. De majoor bezat twee privételefoons. Allebei achter slot en grendel. De ene in zijn privéslaapkamer want na een tijd deden we chambre à part, de tweede in de secretaire in de keuken. De familie mocht er onder geen beding aankomen. Hij kon zeer agressief uit de hoek komen. Op een keer heeft hij jongens die op straat te veel lawaai maakten, beschoten met zijn riotgun (!). Hij bezat twee exemplaren in een zelfgemaakte tas in zijn slaapkamer. Met hem viel niet te leven. Een egocentrische, agressieve man die over lijken ging."

"We hebben driemaal een huiszoeking gehad. De eerste keer in 1981 toen er van de Bende nog geen sprake was. En daarna tweemaal door de Cel Waals Brabant. Die laatste keer in 1999 waren er drie speurders aanwezig. Lachlan en zijn collega Burnie waren ernstig aan het werk. Toen kwam de majoor binnen en was het direct handje-klap avec ce type farfelu Lionel Ruth. Ze lachten en tapten moppen."

"Door uw boek heb ik de naam Bouhouche in de oren geknoopt. Mijn ex had sporadisch telefonisch contact met hem. Ik weet ook van die keer dat hij in de buurt van de avenue Hippocrates in Woluwe garages en een appartement van Bouhouche heeft gecontroleerd. En in Brugge huurde hij een appartement en een garage. Waarschijnlijk om een of andere maîtresse in onder te brengen of misschien toch voor zijn missions spéciales. We zijn op de autoweg Luxemburg-Namen eens in een kettingbotsing terechtgekomen waarbij ik een whiplash opliep. De majoor zat aan het stuur met naast hem zijn Libanese vriend Victor El Khoury. Plots was mijn man verdwenen. Dan zijn enkele personen opgedaagd die El Khoury in veiligheid hebben gebracht, terwijl ik in een ambulance werd afgevoerd. Ik ben er zeker van dat ze tot de militaire veiligheidsdiensten behoorden. De verzekering is nooit tussengekomen. Er mocht van dat ongeval blijkbaar geen spoor achterblijven. Waarom?"

"Ik lees in jouw boek dat El Khoury gesignaleerd werd als een van de laatste bezoekers van de weverij in Temse waar de Bende zeven kogelvrije vesten stal. Ik weet in elk geval dat de Libanees een bijzonder gevaarlijke man was. Soms logeerde hij bij ons. En dan was er die keer dat de RTBF een reconstructie uitzond van de overval op de Delhaize in Aalst. Mijn man stond in de keuken naar de televisie te kijken. En maar commentaar geven. 'Dat was niet goed. Ze hadden dit moeten doen.' En patati en patata. Kortom, hij was niet te spreken over de werkwijze van de overvallers. Kunt u zich dat voorstellen? Toen ik mijn verontwaardiging uitdrukte, maakte hij meteen duidelijk dat hij aan een advocaat of notaris, ik weet het niet meer precies, geheime documenten in bewaring had gegeven die indien hem iets zouden overkomen, 'pouvaient faire sauter le  royaume'."

"Na de publicatie van je boek bedreigde hij mijn zoon tijdens een toevallige ontmoeting op straat. Hij dreigde hem de keel over te snijden. Mijn zoon wil nu van naam veranderen. Bij mijn dochter Marie werden de remmen van haar auto gesaboteerd. Ze werd zelfs op de ring rond Charleroi ter hoogte van Marchienne-au-Pont beschoten, vlak bij het rusthuis waar de moeder van mijn ex toen verbleef."

Bron: De Bende van Nijvel en de CIA, Guy Bouten

De bende van Nijvel: verraad. manipulatie. geheime diensten

https://books.google.be/books?isbn=9461313861

Guy Bouten - 2015

Bougerol onderhield ook nauwe betrekkingen met generaal Maroun Victor El Khoury en Fouad Malek, een expolitiechef die naar Parijs trok en berucht was voor diverse huurmoorden. De wapenhandelaar Herman Geschier, een goede kennis van Albert Raes, leverde wapens aan de christelijke Falangisten en zijn vriend Eric Scherps voerde een privéleger aan van vijfhonderd Libanezen. Fons Jacobs,de adjunct van Geschier, was er als de kippen bij om eind 1983, na de arrestatie van ...

(...)

_ _ _

Une histoire de fous: le roman noir de l'affaire Clearstream

https://books.google.be/books?id=MdtDAQAAIAAJ

Frédéric Charpier - 2009

... l'establishment libanais l. Le clan familial présente d'emblée une particularité : on y observe de nombreuses connexions avec les services de renseignement. Son père, Victor Lahoud 2, est un ancien élève de l'école de Saumur où il a suivi en 1975 une préparation militaire avant de servir dans l'armée libanaise, et notamment dans le service de renseignement militaire. Sa mère, Nawal, est la sœur de Victor el-Khoury, qui a occupé le poste de chef d'état-major de l'armée libanaise de 1977 à 1982 ...

_ _ _

Est-ce le "Fouad Malek" dont il est question ci-dessous et qui a reçu une formation aux Etats-Unis en 1970 ?





(...)




_ _ _






(...)




_ _ _

de Bonvoisin et Cie




(...)

de Bonvoisin et Cie





(...)





(...)

Pour information :

de Bonvoisin & Cie





_ _ _


Maurice Brébart ...

Sur Yvan-Matteo Lombardo

L'Orchestre noir: Enquête sur les réseaux néo-fascistes
Par Frédéric LAURENT







_ _ _




_ _ _

Le soi-disant « Gladio belge »
Par Hervé Hasquin







(...)

Les brigades noires: l'extrême-droite en France et en Belgique francophone, de 1944 à nos jours
Serge Dumont
EPO, 1983 - 246 pages

Au sujet du projet de coup d'Etat de 1973 :

L'enquête: 20 années de déstabilisation en Belgique
Hugo Gijsels
Longue Vue, 1990 - 272 pages


(...) D'après un rapport de 1976,rédigé par l'agent de la BSR Roger Tratsaert de la section Information de la BSR de Bruxelles, le complot s'articulait autour des lecteurs de l'hebdomadaire "Nouvel Europe Magazine" - les clubs "NEM" - et de plusieurs militaires et gendarmes (qui n'étaient pas en service actif) proches du major


_ _ _

Note : cela semble impliquer Jean Bougerol dans le complot ; je n'ai pas vu de confirmations ailleurs.

L'enquête criminelle sur les "tueurs du Brabant": enquête parlementaire sur ...
Par Adrien Masset





Sur Yves Zimmer :

https://tueriesdubrabant.1fr1.net/t1143-zimmer-yves?highlight=zimmer

Un commentaire d'un lecteur attentif...

_ _ _

Bougerol voulait recruter tout le monde ; il avait proposé des contrats très bien rémunérés à Meesen qui a refusé. Il le considérait comme un rival.

Les contrats étaient au nom du PIO.

A garder en mémoire : extrait du témoignage de "Claudine M.", la première épouse de Jean Bougerol (interview par Guy Bouten).

_ _ _

Door uw boek heb ik de naam Bouhouche in de oren geknoopt. Mijn ex had sporadisch telefonisch contact met hem. Ik weet ook van die keer dat hij in de buurt van de avenue Hippocrates in Woluwe garages en een appartement van Bouhouche heeft gecontroleerd.

Juste pour information :

https://books.google.be/books?id=cGbfAAAAMAAJ&q=%22Jean+Bougerol%22&dq=%22Jean+Bougerol%22&hl=fr&sa=X&ved=0ahUKEwitucjn_q_ZAhXNDuwKHdDMDsE4ChDoAQhLMAc

Wehrtechnik

Wehr und Wissen Verlagsgesellschaft, 1980

Die Teilnehmer an den dreiwöchigen Ausbildungskursen kommen 1980, so der Schulkommandeur, Oberstleutnant Jean Bougerol, zu 44 % von den FFA, die übrigen kommen aus Frankreich, 50 % sind Infanteristen, 19 % Panzertruppen und 17 % Artilleristen, 8 % Pioniere. Gemeldet sind in diesem Jahr auch 1 180 Angehörige der Bundeswehr, der amerikanischen, britischen und kanadischen Streitkräfte, wobei jeweils ein bis zu 40köpfiger Zug teilnimmt, der der gleichzeitig ...

http://www.resistances.be/tueurs2.html

Cercle culture et liberté

Ce cercle d’extrême droite fut fondé en 1975 par un Belge, Daniel Collogne, qui vivait alors en Suisse. Il éditait « Totalité », une revue internationale diffusée chez nous par le Mouvement social populaire (MSP). Claude Mutti s'occupait de cette publication néofasciste en Italie et sera par la suite considéré comme l'un des penseurs de la « stratégie de la tension ». Le MSP était la branche belge d'un réseau italien de déstabilisation soi-disant antirégimiste. Pourtant, le 13 mars 1979, le major Bougerol, un proche du CEPIC, donna une conférence pour ce « mouvement social » qui organisait comme le WNP des opérations d'infiltrations dans les « lignes ennemies ». Le titre était: « Notre société malade de la subversion ».

_ _ _

https://fr.scribd.com/document/240521972/A31-N-20-6-86








_ _ _

Voir

https://fr.wikipedia.org/wiki/Claudio_Mutti

Télémoustique  -  28 juin 1991

... sur Bougerol :





Note : l'article est sur https://www.scribd.com/document/374678533/PIO-tm-28-juin-1991

_ _ _

Sur Jacques Vanden Bemden :

Les brigades noires: l'extrême-droite en France et en Belgique francophone, de 1944 à nos jours
Serge Dumont
EPO, 1983




_ _ _

L'affront national: le nouveau visage de l'extrême droite en Belgique
Gwenaël Breës, Alexandre Vick
EPO, 1 janv. 1992