Les trafics de Jacques Monsieur

Le procès du trafiquant d'armes belge Jacques Monsieur s'ouvre en France :


Belgische geheim agent smokkelde twintig jaar ongestoord wapens
[Jacques Monsieur.]
Jacques Monsieur.
De Belg Jacques Monsieur, een topagent van de Belgische militaire inlichtingendienst die tientallen jaren op grote schaal actief was als internationale wapensmokkelaar, staat sinds begin deze week voor de correctionele rechtbank in het Franse Bourges op beschuldiging van illegale wapenhandel. Monsieur werd voor gelijkaardige feiten eerder al in ons land veroordeeld.

Monsieur (54), bijgenaamd Le Renard of Le Maréchal, heeft een onwaarschijnlijk parcours achter de rug. Gedurende meer dan twintig jaar, van eind jaren zeventig tot eind jaren negentig, kon hij eigenaardig genoeg ongestoord grote partijen wapens en munitie leveren aan landen waartegen nochtans een wapenembargo bestond.

Hij dreef handel met Iran tijdens de oorlog met Irak, met Bosnië en Kroatië tijdens de Joegoslavische oorlog, Congo, Congo-Brazzaville, Ecuador, Ivoorkust, Burkina Faso, Togo en Qatar. Naar eigen zeggen was dit enkel mogelijk omdat hij werkte in opdracht van de militaire inlichtingendienst ADIV, onder supervisie van bevriende buitenlandse geheime diensten, met name de Amerikaanse CIA, de Israëlische Mossad en de Direction de la surveillance du territoire (DST), de Franse staatsveiligheid. Zijn activiteit als wapensmokkelaar zou enkel gediend hebben als cover voor zijn spionagewerk, onder meer in Iran, waar Monsieur de wapenindustrie en de nucleaire sector moest infiltreren.

Samen met vier medeverdachten staat Monsieur nu terecht in het Franse Bourges. Omdat de grond in België te heet werd onder zijn voeten (op een bepaald moment liepen er niet minder dan zeven gerechtelijke onderzoeken tegen hem), installeerde de wapenhandelaar zich in 1993 in La Celle-Condé, een gehucht van Lignières, nabij Bourges. Hij kocht er een landgoed van honderd hectare met de lieflijke benaming Les Amourettes, waar hij zich officieel bezighield met de kweek van Portugese dressuurpaarden. Niet toevallig is de streek ook de bakermat van de Franse wapenindustrie, waar onder meer Exocetraketten en gevechtsvliegtuigen worden gefabriceerd. Voor zijn clandestiene wapendeals maakte Monsieur trouwens gebruik van het vroegere NAVO-vliegveld in Bourges, eigendom van de Franse defensiefirma Matra.

Tot aan zijn nek in de schandalen

Vanaf 1996 ging het echter grondig fout met Monsieur. Toen de Franse gendarmes in samenwerking met Belgische speurders een huiszoeking deden in zijn domein vonden ze het volledige archief van zijn professionele loopbaan als wapensmokkelaar, bijna drieduizend documenten die momenteel als bewijsmateriaal tegen hem worden gebruikt. Een jaar later bleek Monsieur tot aan zijn nek verwikkeld te zijn in het omvangrijke schandaal rond de Franse petroleumgroep Elf, die schimmige wapenleveranties had geregeld in Congo-Brazzaville. Eind 2000 sloeg Monsieur, voorzien van een Ivoriaans paspoort, op de vlucht naar Teheran. Maar zijn vroegere vrienden in Iran bleken niet in staat hem te beschermen. Monsieur werd aangehouden en veroordeeld tot tien jaar cel wegens illegale wapenhandel, samenzwering en spionage voor rekening van België en de VS. Ruim anderhalf jaar zat hij in een Iraanse militaire gevangenis, vooraleer hij zich kon vrijkopen. "Dat was niet de meest aangename periode van mijn leven", vertelde hij achteraf. In een cel naast de zijne werd een andere gevangene doodgemarteld, om Monsieur duidelijk te maken dat hij er goed aan deed om te bekennen.

Nog terwijl Monsieur in Iran in de bajes zat, werd hij in Brussel door de correctionele rechtbank bij verstek veroordeeld tot vijf jaar effectieve gevangenisstraf wegens wapentrafiek naar landen onder embargo, oplichting, misbruik van vertrouwen, valsheid in geschrifte en witwaspraktijken. Toen de Belg zich in mei 2002 eindelijk kon vrijkopen in Iran, werd hij op de luchthaven van Istanboel opnieuw aangehouden omdat er een internationaal aanhoudingsmandaat tegen hem was uitgevaardigd, zowel door België als door Frankrijk. Een half jaar later werd Monsieur door Turkije uitgeleverd aan ons land en kreeg hij een nieuw proces in Brussel, waar de rechter zijn straf terugschroefde tot veertig maanden voorwaardelijk. Lang genoot hij niet van de vrijheid, want in april 2005 werd Monsieur nogmaals uitgeleverd, ditmaal aan Frankrijk, waar hij de voorbije twee jaar in de voorhechtenis zat. Zijn prachtige domein in Lignières heeft hij inmiddels moeten verkopen.

Net als in Brussel vroeg de advocaat van Monsieur ook in Bourges om het proces achter gesloten deuren te laten verlopen, ter bescherming van bepaalde "defensiegeheimen". In Brussel werd dat verzoek destijds ingewilligd omdat "de goede diplomatieke relaties tussen meerdere landen in het gedrang zouden kunnen komen". Maar de Franse rechter besloot het proces openbaar te voeren. Naast Monsieur zitten op de beklaagdenbank vier leden van zijn netwerk: Patrice Bourges (gewezen kaderlid van Aérospatiale), Jean-Claude Uthurry-Borde (Monsieurs rechterhand), luchtvaartspecialist Yves-Michel Deloche en Pierre Ferrario. Openbaar aanklager Philippe Ker vordert een celstraf van twee jaar tegen Monsieur, waarvan tien maanden voorwaardelijk, en een boete van 45.700 euro. De andere beklaagden riskeren hooguit een geldboete. (Georges Timmerman)

Source : www.demorgen.be 02/04/08

Le dispositif de Jacques Monsieur
Selon Jacques Monsieur, la plupart du temps les armes étaient fournies à des pays qui n’étaient pas en guerre.(Photo : AFP)
Selon Jacques Monsieur, la plupart du temps les armes étaient fournies à des pays qui n’étaient pas en guerre.
(Photo : AFP)
Gros plan sur l’organisation mise en place par le trafiquant d’armes Jacques Monsieur.

Imprimer l'article

Envoyer l'article

Réagir à l'article
Ses marchés

C’est une lapalissade : ils évoluent au rythme de la tectonique géopolitique. Dans les années 80, Jacques Monsieur affirme avoir effectué de nombreux voyages dans les pays de l’Est. Puis, en 1985, au cœur de l’Irangate, il se consacre à l’Iran, dont il assurera l’approvisionnement en pièces détachées durant plus d’une décennie, tout en écoulant des stocks iraniens de munitions et d’armes (artillerie et armes légères) au profit de différents clients en guerre (Equateur, Bosnie, Congo-Brazzaville).

Au moment du conflit en ex-Yougoslavie, de 1992 à 1995, il est à nouveau celui qui met en oeuvre le double jeu de la politique des alliés occidentaux, en équipant des belligérants normalement soumis à un embargo de l’ONU. Après sa mise en examen, en 1998, il semble ne plus avoir de véritables orientations de travail. Il tente de se reconvertir dans d’autres secteurs (téléphonie mobile) et vers d’autres clients prêts à débourser le prix fort pour ses services (Côte d’Ivoire).
Son équipe

Andreï Izdebtsky : gérant de la firme slovaque Joy Slovakia, apparaît comme l’un des principaux associés de Jacques Monsieur pour les pays de l’Est.

Jean-Bernard Lasnaud : correspondant de Jacques Monsieur installé près de Miami en Floride. Ce Français, très connu sur le marché de l’armement, semble bénéficier d’une protection directe de la CIA.

Jean-Claude Uthurry-Borde : le vrai bras droit de Jacques Monsieur, présent dans la plupart des opérations du marchand d’armes.

Pierre Ferrario : ex-gérant d’une armurerie à Paris, se dit très proche de la DST, la Direction de la surveillance du territoire. Il travaille ponctuellement avec Jacques Monsieur.

Yves-Michel Deloche : spécialiste de l’aviation, installé à Genève, il est le gérant de Jet Finances consultant SA. Son activité : mettre des avions à la disposition de ses clients parmi lesquels Jacques Monsieur (il compte également le groupe Elf parmi ses clients).

James Marty Cappiau : ancien parachutiste belge, reconverti dans la sécurité privée, après avoir servi dans les rangs de l’armée croate. Engagé comme mercenaire par le Congolais Lissouba, il supervise les livraisons d’armes de Jacques Monsieur. Il a été tué dans un règlement de compte entre mafieux à Zagreb.

Claudine Fraiture : ingénieur en aéronautique, gérante de la North Atlantic Consultant, cabinet de lobbying installé à Bruxelles puis près de Tours, cette société s’occupait de la comptabilité des activités de Jacques Monsieur.

Patrice Bourges : fils d’Yvon Bourges, ancien ministre de la Défense (1975-1980), cet ingénieur a beaucoup voyagé pour le compte de Jacques Monsieur qui cherchait à se prévaloir d’appuis politiques en France.
Ses circuits

Comme tous les intermédiaires évoluant sur le marché gris des armes, Jacques Monsieur a d’abord un très bon carnet d’adresses dans le monde entier. En particulier des correspondants dans la plupart des sociétés publiques ou semi-publiques qui gèrent les approvisionnements de l’Etat, comme la Kintex bulgare ou la Norinco chinoise.

Lorsqu’il le faut, il s’adresse directement aux acheteurs des MOD (Minister of Defense), comme en Iran ou dans les divers pays africains avec lesquels il commerce.

En cas de nécessité, il est capable de trouver des vrais-faux EUC (End-User Certificate ou Certificat de destination finale), autrement dit un Etat qui accepte de produire un certificat justifiant l’autorisation d’exportation, comme le prévoient les règlements internationaux. Un faux EUC coûte environ 5% du marché.
Enfin, il dispose d’un réseau de comptes bancaires dans le monde entier, les principaux étant situé au Luxembourg (Banque Handlowy International de Luxembourg) et en Suisse (BNP Genève). Il s’agit de comptes dont l’identifiant est souvent une société-écran située dans un paradis fiscal (île Maurice ou Panama). La plupart des transactions sont effectuées par lettre de crédit, garantissant ainsi au vendeur le paiement du matériel livré.

Source : http://www.rfi.fr/actufr/articles/060/article_32272.asp

James Bond peut dormir sur ses deux oreilles, Jacques Monsieur ne devrait pas lui voler la vedette. Trafics d’armes, liaisons dangereuses avec les services secrets du monde entier, les soupçons abondent. Pourtant ses compatriotes belges doutent de ses compétences de super 007. Son procès nous le dira, il débute lundi 31 mars, à Bourges.

A Bourges, où l’on fabriqua des missiles Exocet et des avions de chasse, on s’intéresse à l’industrie militaire. Mais les affaires de défense qui seront évoquées au tribunal local, lors du procès qui démarre lundi 31 mars 2008, devraient dévoiler des commerces moins reluisants. Ceux des trafics d’armes pratiqués à destination de théâtres de guerre sous embargos, d’États peu recommandables ou de rébellions.

En Croatie, en Bosnie, au Congo-Brazzaville, en Iran et ailleurs, Jacques Monsieur, un Belge qui fut installé à La Celle Condé, aux Amourettes, une charmante demeure berrichonne, exerçait des talents d’intermédiaire et de courtier en armements. A force de fréquenter les agents de la DST, de la CIA ou du Mossad, le service d’espionnage israélien, quand il ne prenait pas le thé avec les dirigeants d’Elf, voire les mollahs iraniens, qui furent longtemps de bons copains, il avait « oublié » de quémander les autorisations nécessaires à son joli métier…
JPG - 51.2 ko
Jacques Monsieur, bientôt devant le juge
© Kerleroux

C’est en 1986 que Monsieur attire pour la première fois l’œil des autorités de plusieurs pays. Tout commence avec une mystérieuse valise, interceptée par les douanes belges. Appartenant à David Benelie, un curieux personnage, la valise est remplie de documents concernant l’achat-vente d’armements, de papiers vierges suisses et sud-africains, de négatifs de cachets de douane.

On y trouve aussi des papiers de la société de Jacques Monsieur, avec qui Benelie fait du business, et un certificat de non réexportation – un document qui certifie que les armes achetées sont livrées au bon destinataire - falsifié. La valise leur vaudra à tous les deux leur première interpellation. « L’enquête révèlera l’appartenance de Benelie au Mossad, les services secrets israéliens », écrit la police belge dans l’un des premiers documents officiels consacrés au trafiquant.
Les trafics de Monsieur Jacques

Ce Benelie reste une énigme : il utilise son vrai nom, David Azoulay, né en 1938 au Maroc, ou alors celui de David Benelie, né en France ou à Casablanca en 1945… L’homme détient la double nationalité, israélienne et sud-africaine, c’est un ancien du secteur militaro-sécuritaire israélien.

Ex-officier de l’armée israélienne, et ancien chef de la sécurité de la compagnie aérienne El Al en Afrique, il utilisera un bureau dans les locaux de Jacques Monsieur. Son frère, haut gradé du Mossad, aurait contribué à l’enlèvement du criminel nazi Eichmann, en Argentine. Il est entré au service de Marc Rich, le célèbre trader dont la gigantesque fraude fiscale fut effacée par le président Bill Clinton à la veille de son départ de la Maison-Blanche, en 2001.

Voilà les fréquentations de Jacques Monsieur dans les années 1980. En 1985, lui et Azoulay-Benelie ont vendu à la Chine des lance-grenades fabriquées en Belgique, alors que la destination officielle était les Pays-Bas. En route, les lance-grenades s’étaient métamorphosés en « matériel de signalisation maritime ».

Ça sera souvent le cas avec Monsieur. Les documents nécessaires aux commerces d’armements internationaux manquent, ou des États qui lui font confiance lui procurent des certificats de complaisance. Il fait ami-ami avec les présidents ou leurs ministres, c’est bien pratique pour faire du business dans des pays à régime faible. Quand il le faut, des comptes bancaires à Dubaï – tels ceux de la puissante famille d’Ali Nategh Nouri, alors président du Parlement iranien - ou ailleurs reçoivent quelques belles gratifications, histoire de fluidifier la négociation commerciale…

Installé en France, Jacques Monsieur masque son activité derrière une pseudo exploitation agricole. En réalité, ce sont des obus de mortier, des munitions au phosphore, des fusils et autres joujoux qui sont promus et vendus depuis son bureau, au premier étage des Amourettes. Une poignée de proches ou de collaborateurs se retrouvent avec lui au tribunal pour « commerce de matériels de guerre, armes et munitions des quatre premières catégories sans l’autorisation du ministre de la Défense ».
Les copains d’abord

Parmi ses amis, il y a Patrice Bourges, fils de l’ancien ministre français de la Défense Yvon Bourges (sous Giscard), bon connaisseur des spécifications techniques des matériels, qui sert aussi d’intermédiaire. « On veut utiliser ses contacts à Chypre, en Turquie, ou en Algérie pour proposer 276 tonnes de cartouches ou des lunettes de tir israéliennes », relate une synthèse de police de 1997. Il aurait, selon le réquisitoire du parquet de Bourges, touché une somme pas bien importante : 7500 euros ! Patrice Bourges assure qu’il s’agit de simples frais remboursés… Au juge, il a expliqué que son boulot consistait notamment à vérifier si les acheteurs des armes de Jacques Monsieur disposaient des autorisations. Mais lui, par contre, n’avait pas pensé demander les siennes à Monsieur. Patrice Bourges a, depuis, été recruté à MBDA, la société de missiles, dans l’orbite du géant aéronautique EADS.

On trouve aussi Jean-Claude Uthurry-Borde (fidèle collaborateur de Monsieur pour les affaires croates et congolaises, intermédiaire avec la Côte d’Ivoire, le Togo et le Burkina Faso) et Pierre Ferrario (intervenu avec la Croatie et pour une vente de mitrailleuses au Qatar). Et encore Yves-Michel Deloche, patron d’une société aéronautique, qui vendit des hélicoptères armés à Pascal Lissouba, alors président du Congo-Brazzaville, en pleine guerre civile.

Cette affaire provoqua quelques tiraillements dans la Françafrique : Lissouba ayant perdu la guerre, son successeur Denis Sassou N’Guesso refusa de payer les hélicos. Les équipes africaines d’Elf, André Tarallo et Jack Sigolet, proches des Congolais, avancèrent une partie de l’argent pour régler la facture au trafiquant. Le tout sur fond de menaces, de pressions et chantages divers de tous les côtés. Par ailleurs, Deloche gérait l’argent de Jacques Monsieur quand ce dernier a disparu en Iran au début des années 2000 – l’intermédiaire y fut emprisonné pour espionnage…
Pas si 007 que ça

Car les relations troubles avec les services secrets sont au cœur de l’affaire Monsieur. Gageons que dans la salle du tribunal de Bourges se glisseront, la semaine prochaine, quelques barbouzes anonymes. A moins que ses avocats n’obtiennent gain de cause : ils ont demandé le huis clos, comme cela avait été le cas lors de son procès belge…

Jacques Monsieur et ses amis, comme Pierre Ferrario, assurent le cœur sur la main que « toutes les actions qu’il avait menées avaient reçu l’aval de la DST », selon le réquisitoire du parquet. Pour les Belges, les choses sont à peu près claires : Monsieur n’est qu’un simple « informateur » des services secrets, contrairement à ses affirmations selon lesquelles il serait un véritable agent, un « 007 » au service du roi des Belges, du gouvernement français, des services israéliens et de la CIA américaine. Un sacré programme !

Source : http://www.bakchich.info/article3149.html

Jacques Monsieur, marchand d’armes belge, convoqué après douze ans au tribunal correctionnel de Bourges.

Armes interdites au bureau de poste de Longyearbyen (Bob Strong/Reuters).

Son histoire est un roman. Douze ans après son arrestation, Jacques Monsieur, trafiquant d’armes belge, va enfin répondre des délits dont il est soupçonné devant le tribunal correctionnel de Bourges. Entre temps, il a passé dix-huit mois en résidence surveillée à Téhéran, avant d’être condamné une première fois à Bruxelles, déjà pour des activité de "commerce illicite d’armes". L’Iran, l’Afrique, la Bosnie… un tour du monde des entourloupes d’Etat qui pourrait ce lundi être jugé à huis clos.

Marchand d’armes ou dresseur de chevaux?

A Lignières, au pays de l’âne berrichon, Jacques Monsieur était connu comme un gentleman. La cinquantaine athlétique, passionné de chevaux de dressage lusitanien, il possédait un beau haras -les Amourettes- entièrement rénové par ses soins. Boxes, manège couvert et jolie BMW pour épater la galerie. Souvent parti en Suisse ou au Luxembourg, l’homme menait grand train comme un notable, mais discrètement.

Lorsque les gendarmes belges, accompagnés de leurs collègues français, ont sonné à sa porte en 1996, ils ont découvert sa face cachée, dans un bureau où la femme de ménage avait ordre de ne surtout jamais rien jeter. Et pour cause: entre les catalogues d’artillerie, les faux certificats de destination finale (end-user) et les fax de commandes… les enquêteurs découvrent la panoplie complète du vendeur d’armes.

La longue traque d’un juge d’instruction…

Commence alors pour Gérard Canolle, juge d’instruction à Bourges, une longue traque pour comprendre les ressorts de cette affaire. Sur le papier, Jacques Monsieur a tous les traits du trafiquant d’armes. Héritier d’une riche famille bruxelloise, il a effectué son service militaire dans la logistique des Chasseurs, une "unité de renseignement" précise-t-il lorsque nous le rencontrons à Bruxelles fin 2004.

Recruté par le SGR, les services secrets militaires belges, il aurait aussi travaillé en sous-traitance pour le compte de la CIA. Ses très bons contacts en Iran lui offrent la possibilité de ravitailler le régime des Mollahs, dont l’ensemble des moyens militaires (avions, artilleries, véhicules) sont d’origine américaine. En clair, pour soutenir Téhéran sans en avoir l’air, Washington est obligé d’entretenir un réseau d’intermédiaires aussi occulte qu’efficace. Voilà pour les années 1980.

La Bosnie, le Congo-Brazaville et soudain… la chute à Téhéran

Repéré par la police belge dès 1987, il s’installe en France en 1993 pour ne rien changer à ses habitudes. Jonglant avec les comptes en banque à Genève et au Luxembourg, souvent entre deux avions, il organise alors l’une des principales filières de ravitaillement en armes lourdes des forces bosniaques et croates. Pour cela, il obtient des Américains d’ouvrir la couverture radar servant au blocus réalisé par la Navy en mer Adriatique. Le genre d’opérations difficile à monter pour simple éleveur de chevaux du Cher!

Il remet le couvert en 1997, en pleine guerre congolaise, où le président Pascal Lissouba lui commande hélicoptères et armes lourdes, pour contrer les rebelles de Denis Sassou Nguesso. En arrière-plan, les hommes d’Elf (le tandem Jack Sigolet-André Tarallo) assurent le financement de l’opération. Ils interviendront notamment après la guerre, car le vainqueur ne veut pas payer l’addition du vaincu. Où l’on découvrira d’ailleurs que la compagnie pétrolière a fourni son aide, indirectement, aux deux camps, puisque le président du Gabon, Omar Bongo, a laissé passer des cargaisons d’armes pour Sassou.

Dans son équipe, comme le raconte Bakchich, Jacques Monsieur a su rassembler des talents divers: Patrice Bourges (fils de l’ancien ministre de la Défense), ingénieur conseil pour la technique, Yves-Michel Deloche, expert en aéronautique, Pierre Ferrario, armurier, ou encore Jean-Claude Uthurry-Borde, homme à tout faire pour régler problèmes financiers et douaniers.

"La DST a parfois recours à des marchands d’armes"

En levant le voile sur les activités de Jacques Monsieur, la justice française va avoir à trouver une réponse au classique moyen de défense des marchands d’armes. Travaillait-il pour son compte exclusivement? Pour celui de riches commanditaires privés? Ou encore en "feu orange" pour le compte d’Etats tout à fait respectables, dont la réputation ne peut être entachée par de sombres arrangements inavouables? Est-ce plausible? Voici ce qu’en pensait l’ancien patron de la DST, Yves Bonnet, interrogé en 2004:

"Possible, la DST a parfois recours à des marchands d’armes, car ce sont des gens qui ont des entrées à très haut niveau dans les Etats qu’ils fréquentent."

L’homme n’en est pas à son premier tour de passe-passe. Il a toujours prétendu avoir l’aval de la Direction de la surveillance du territoire (DST). Le contre-espionnage français aurait été au courant de ses activités –ce qui n’est pas étonnant-, mais les aurait aussi tolérées –ce qui est moins courant. La règle du métier étant de ne jamais se faire prendre la main dans le sac. A 54 ans, le "Renard" sera-t-il aussi convaincant qu’il le fut à Bruxelles lors d’un premier procès dont il était ressorti libre?

Source : http://www.rue89.com/2008/03/31/monsieur-monsieur-eleveur-ou-trafiquant-darmes

Le grand spécialiste du dossier 'Jacques Monsieur' en Belgique n'est autre que le magistrat financier Jean-François Godbille.
Il sait tout. Et quand je dis tout..., c'est vraiment tout !
Monsieur a vendu des armes pour les français, les ricains, les israéliens, les iraniens et les belges...
Du grand art, si l'on peut dire...
Et un peu de cash au passage évidemment pour services rendus aux armées d'Occident.

il est au journal televisé, arreté en USA ,
mais je n'ai pu suivre l'emission

Man Indicted in Plot to Ship Jet Parts to Iran

By Spencer S. Hsu
Washington Post Staff Writer
Thursday, September 3, 2009



A Belgian arms dealer who allegedly tried to smuggle fighter-jet engines and parts from the United States to Iran has been indicted, U.S. officials announced Wednesday, days after he was arrested in New York City after stepping off a flight from France.

Jacques Monsieur, 56, was charged Aug. 27 by a federal grand jury with six counts of conspiracy, smuggling, money laundering, and violating weapons-trafficking laws and export controls related to a U.S. trade embargo on Iran.

Co-defendant Dara Fotouhi, 54, an Iranian national who lives in France and allegedly works with the government of Iran, is still at large, the Justice Department said in a statement.

At a brief hearing Wednesday, U.S. Magistrate Judge Katherine Nelson of the U.S. District Court in Mobile, Ala., unsealed the case and a June search warrant at Monsieur's request, court records show.

John Morton, head of U.S. Immigration and Customs Enforcement (ICE), told reporters in a conference call that Monsieur pleaded not guilty, but wire services said that the arraignment was delayed and that Monsieur had not entered a plea.

Reached by telephone, Arthur J. Madden III, Monsieur's attorney, said, "At this point, any comment would be inappropriate."

The case is the latest U.S. effort to counter what authorities describe as Tehran's pursuit of banned weaponry. It comes as the United States and other countries renew efforts to pressure Iran to scale back its nuclear ambitions.

Authorities say Monsieur, nicknamed "The Field Marshal," according to U.S. officials, in February contacted a person he thought could supply him with engines for F-5 fighter or C-130 cargo transport aircraft. That person turned out to be an undercover ICE agent. Monsieur subsequently met with undercover agents in Paris and London, authorities say.

Monsieur shipped arms to Bosnia and Croatia in the 1990s, which he reportedly later said was done with the approval of the CIA and French intelligence, according to a 2002 report by the Center for Public Integrity. The group stated that Monsieur was a participant in the Iran-contra affair, but his relations with Washington deteriorated after his work with Iran, for which he allegedly tried to procure uranium as well.

Morton declined to comment on the center's findings.

Trafiquant belge arrêté aux USA
R.P.

Mis en ligne le 04/09/2009

Jacques Monsieur est un "seigneur" du trafic d'armes. Mais en voulant vendre des pièces d'avions à l'Iran, il a peut-être mis fin à sa carrière.
Le "Maréchal", un ancien militaire belge
Un ressortissant belge a été arrêté aux Etats-Unis où il est accusé d’avoir voulu acheter des pièces et moteurs d’avions de chasse pour les expédier en Iran, en violation d’un embargo, ont annoncé les procureurs mercredi", après que l’intéressé eut été présenté mercredi aussi à un juge de l’Alabama, à Mobile, annonçait le lendemain des dépêches des agences Reuters et AFP. Un Belge ? Il s’agit d’un trafiquant d’armes très connu et déjà impliqué dans plusieurs affaires judiciaires, parfois liées au terrorisme : Jacques Monsieur (lire ci-dessous).

Une nouvelle fois, sa vie a ainsi pris un tour rocambolesque, vendredi dernier au moment de son atterrissage à New York, où il a été arrêté. Car il semble que, avec un supposé complice iranien qui, comme lui, réside d’ordinaire en France, Monsieur cherchait à négocier l’achat de pièces de F5 "Freedom Fighter" sur le sol américain. Mais avec l’Iran pour utilisateur final, via un pays tiers.

Il faut se souvenir que, avant la révolution islamique de 1979, l’Iran du Shah avait acheté de tels chasseurs aux Etats-Unis. Or leur entretien devient difficile, les pièces faisant précisément défaut

Bref, là où les choses sont piquantes, c’est que le pourtant fort expérimenté Monsieur, que l’on a vu sur tous les continents ou presque, s’est adressé au mois de février dernier, selon l’AFP, à un agent des services américains jouant les vendeurs sous couverture. Ce qui a eu pour résultat, puisque l’Iran est sous embargo spécial pour ce genre de commerce et, depuis 1995, sous embargo commercial général en ce qui concerne les Etats-Unis, que Monsieur et son complice ont été inculpés de six chefs d’accusation, dont conspiration, blanchiment d’argent, trafic et violation de la loi sur l’exportation d’armes vers l’Iran, pour lesquels il risquerait selon une première estimation jusqu’à 65 ans de prison. D’où l’arrestation de vendredi (le complice, cependant, aurait jusqu’ici réussi à échapper aux services américains).

En tout cas, "les faits avancés dans cet acte d’inculpation démontrent la dimension internationale des réseaux iraniens d’acquisition et des trafiquants d’armes qui les aident à se fournir", a déclaré le vice-ministre de la Justice américain, David Oggen, dans un communiqué relayé par Reuters. Et pour les observateurs, l’arrestation de Monsieur illustre la lutte croissante de Washington contre un nombre lui aussi croissant d’exportations illégales de matériel militaire ou de technologies sensibles vers l’Iran - et d’autres.

Dans un rapport publié en juin dernier, la Cour des comptes américaine (GAO) s’était alarmée de la facilité avec laquelle des technologies militaires sensibles pouvaient être achetées sur le sol américain puis exportées. Selon le ministère américain de la Justice, cité par l’AFP, plus de 145 personnes ont été condamnées aux Etats-Unis en 2008 pour avoir violé la législation relative au contrôle des exportations.


Source : la Libre Belgique, 4/9/09

IRAN
Le "Maréchal", un ancien militaire belge
Roland Planchar

Mis en ligne le 04/09/2009

Le trafiquant belge est connu de beaucoup de "services"...
Jacques Monsieur, désormais âgé de 56 ans, aura pratiqué bon nombre de pays. Sa réputation de trafiquant d’armes international, connu dans le "métier" sous le surnom "Le Maréchal", s’est écrite de la Colombie aux Emirats arabes unis, en passant par l’Iran, la Chine, la Turquie, l’Equateur, le Burundi, la Croatie, la Bosnie-Herzégovine et on en passe.

Ancien officier de l’armée belge, Monsieur s’y occupait de l’achat d’armement jusqu’en 1976, année où il avait quitté la scène militaire officielle sans laisser de traces très claires. Certes, il s’était dit plus tard qu’il avait noué des contacts avec le service de renseignement militaire (SGRS), mais sans qu’on ait jamais su si c’était exact.

Toujours est-il qu’on en avait eu des nouvelles en 1986, car il avait été soupçonné d’avoir noué ses premiers contacts avec l’Iran d’après le Shah et de lui avoir permis de recevoir quelques 6 000 missiles américains "Tow", rien de moins.

Dès lors, une succession de malversations et de trafics divers - mais pas négligeables, ses opérations se chiffrant souvent en centaines de milliers ou en millions de dollars - allaient s’accumuler, dont certaines lui vaudraient, des années plus tard, de comparaître devant la justice de son pays, à Bruxelles (lire ci-contre). Pour n’en subir qu’une peine très modérée. Question de délai raisonnable ? Peut-être, car la documentation judiciaire le concernant en Belgique remplissait plusieurs cartons, à la suite des 8 enquêtes distinctes ouvertes à son sujet mais depuis le début des années 80.

Bref, nouvelle émergence du personnage, par ailleurs très discret, en mai 1999. Il était mis en examen (c’est-à-dire inculpé en France) par le juge Gérard Canolle, de Bourges, au terme de 16 mois d’enquête. Monsieur avait, en feignant de monter un élevage de chevaux à Lignières, dans le Cher, en réalité réussi à fonder l’un des plus vastes réseaux de trafic d’armes connus de l’Europe moderne.

Entre 1993 et 1995, le commerce de ses "chevaux" lui avait permis de livrer illégalement (entre autres) à la Bosnie des armes d’une société iranienne, Modelex. Armes de poing, bazookas et même chars au menu, selon l’enquête française. Il était même question, dans le même dossier, de gros porteurs Boeing !

En l’an 2000 vint sans doute sa plus grande surprise. En novembre, il avait été arrêté par le même Iran où il avait d’excellentes relations et qui comptait pourtant comme l’une de ses bases commerciales les plus sûres. On avait alors évoqué l’éventualité qu’il aurait tenté de doubler des "associés" locaux. Et il avait été embastillé sous l’accusation d’espionnage, alors que, faut-il dire, il y circulait sous couvert d’une identité ivoirienne

Il est également réputé avoir livré des armes au Congo-Brazzaville, des transactions qui ont éclaboussé la pétrolière française Elf, laquelle aurait aidé le financement de certaines opérations, au plan technique au moins.

Mais tout est-il vrai dans ce que l’histoire retient du "Maréchal" ? Il se dit également qu’il aurait joui, dans le passé au moins, de certaines aides et protections. Vrai, faux ? Il est en tout cas connu des plus grands services de renseignement occidentaux depuis l’aube des années 90.

Ah, oui! comme par hasard, simple moyen de défense ou vérité, Jacques Monsieur avait raconté au juge Canolle, lors de ses interrogatoires, que la DST (service de renseignement défensif français) n’ignorait rien de ses activités

Source : La Libre Belgique

Ne nourrir aucune illusion angélique quant aux protections dont jouissent les vendeurs de "mort subite", ou "d'armes de chasse pour gibiers à peau tendre"; sauf quand le trafiquant se toque de contrer directement l'embargo décrété par un pays prèçis, aucun de ces individus -émanant le plus souvent de l'armée ou de la politique- n'encourt de vrais risques... tant ils sont "indispensables" à l'économie des pays fabriquants et pourvoyeurs d'armes.

Les trafiquant sont les alliés "occultes" de TOUS les pays fabriquants d'armes. Tous sans exception !... Car lorsqu'on se permet de voter des décrets onusiens imprimés sur du papier à lire d'un derrière distrait, il faut malgré tout sauvegarder les apparences... d'où la nécessité vitale de chouchouter les trafiquants indépendants, capables de fournir sans états d'ame les différents belligérants d'un même conflit armé.

Si Monsieur a parfois déplu, c'est qu'il a un peu trop tiré sur l'élastique des pays qu'il avait déjà servi... Aucun mystère là dedans... Il suffit de jeter un coup d'oeil en arrière sur l'arrêt brutal de certaines carrières prometteuses dès lors que des trafiquants passaient outre les interdits de certains pays -notamment ceux de la France pendant la guerre d'Algérie. Des pays "employeurs" qui lâchaient immédiatement leurs "nettoyeurs" des services spéciaux.

Si Monsieur avait, par exemple, livré du matériel aux troupes du taré Ben Laden... il aurait terminé en carpacio, atomisé dans l'explosion de son véhicule, ou les fesses piquées par un embout de parapluie farté au curare. Fournir en armes un parti qui n'a pratiquement aucune chance de diriger un jour un pays "utilisateur d'armement"... CA c'est la seule vraie définition du "crime de guerre" impardonnable. Sinon... après échanges de quelques milliards de dollars d'engins meurtriers, vendeurs et acheteurs potentiels finissent toujours par partager les mêmes filles des réseaux de call-girls, dans les yachts les plus luxueux ou les restaurants les plus classieux.

Il est certain que Monsieur a fait entrer quelques milliards dans les caisses de la F.N, comme dans celles de tous les autres pays fabriquants... et parfois "clients-intermédiaire" lorsqu'il s'était agi de défendre des "intérêts nationnaux" inavouables dans quelques républiques bananières.

Trafic d'armes: Jacques Monsieur se dit innocent
(11/09/2009)
Jacques Monsieur, 56 ans, est notamment accusé d'exportation illégale de pièces détachées d'avions de combat américains vers l'Iran

MOBILE Jacques Monsieur, un Belge résidant en France et accusé de trafic d'armes des Etats-Unis vers l'Iran, s'est déclaré innocent jeudi lors de sa comparution devant un tribunal fédéral de Mobile (Alabama), ont indiqué jeudi des sources judiciaires.

Jacques Monsieur, 56 ans, est notamment accusé d'exportation illégale de pièces détachées d'avions de combat américains vers l'Iran, pays considéré par les Etats-Unis comme soutenant des groupes terroristes.
L'homme a été interpellé le mois dernier à son arrivée dans un aéroport de New York.
Il a été inculpé par un grand jury pour avoir exporté vers l'Iran des pièces détachées de F-5, un avion de combat datant des années 60 et que les Américains vendaient à Téhéran avant la révolution islamique de 1979.
Les Américains ont imposé depuis lors un embargo sur les ventes d'armes à l'Iran. De plus, depuis 1995, un embargo commercial interdit toute exportation de marchandises vers ce pays.

Jacques Monsieur est également poursuivi pour complot, blanchiment d'argent et contrebande et risque un total de 65 ans de prison.
D'après l'acte d'inculpation dont l'AFP s'est procuré copie, l'homme a pris contact sans le savoir en février 2009 avec un agent fédéral infiltré pour lui commander des pièces de F-5, ainsi que des documents falsifiés. Il souhaitait faire partir les marchandises vers la Colombie ou les Emirats Arabes Unis, avant de les réexpédier vers l'Iran.

M. Monsieur était déjà connu pour ses activités de trafic d'armes. Fin 2002, il avait été condamné à 40 mois de prison en Belgique pour avoir vendu des "quantités incroyables" d'armes, dont des lance-grenades et des pièces de missiles, à l'Iran, la Chine, l'Equateur, la Bosnie-Herzégovine et la Croatie dans les années 80 et 90.
Auparavant, il avait fait de la prison en Iran et en Turquie.
La Dernière Heure 2009

michel a écrit:

Le dispositif de Jacques Monsieur
Selon Jacques Monsieur, la plupart du temps les armes étaient fournies à des pays qui n’étaient pas en guerre.(Photo : AFP)
Selon Jacques Monsieur, la plupart du temps les armes étaient fournies à des pays qui n’étaient pas en guerre.
(Photo : AFP)
Gros plan sur l’organisation mise en place par le trafiquant d’armes Jacques Monsieur.

Imprimer l'article

Envoyer l'article

Réagir à l'article
Ses marchés

C’est une lapalissade : ils évoluent au rythme de la tectonique géopolitique. Dans les années 80, Jacques Monsieur affirme avoir effectué de nombreux voyages dans les pays de l’Est. Puis, en 1985, au cœur de l’Irangate, il se consacre à l’Iran, dont il assurera l’approvisionnement en pièces détachées durant plus d’une décennie, tout en écoulant des stocks iraniens de munitions et d’armes (artillerie et armes légères) au profit de différents clients en guerre (Equateur, Bosnie, Congo-Brazzaville).

Au moment du conflit en ex-Yougoslavie, de 1992 à 1995, il est à nouveau celui qui met en oeuvre le double jeu de la politique des alliés occidentaux, en équipant des belligérants normalement soumis à un embargo de l’ONU. Après sa mise en examen, en 1998, il semble ne plus avoir de véritables orientations de travail. Il tente de se reconvertir dans d’autres secteurs (téléphonie mobile) et vers d’autres clients prêts à débourser le prix fort pour ses services (Côte d’Ivoire).
Son équipe

Andreï Izdebski : gérant de la firme slovaque Joy Slovakia, apparaît comme l’un des principaux associés de Jacques Monsieur pour les pays de l’Est.

Jean-Bernard Lasnaud : correspondant de Jacques Monsieur installé près de Miami en Floride. Ce Français, très connu sur le marché de l’armement, semble bénéficier d’une protection directe de la CIA.

Jean-Claude Uthurry-Borde : le vrai bras droit de Jacques Monsieur, présent dans la plupart des opérations du marchand d’armes.

Pierre Ferrario : ex-gérant d’une armurerie à Paris, se dit très proche de la DST, la Direction de la surveillance du territoire. Il travaille ponctuellement avec Jacques Monsieur.

Yves-Michel Deloche : spécialiste de l’aviation, installé à Genève, il est le gérant de Jet Finances consultant SA. Son activité : mettre des avions à la disposition de ses clients parmi lesquels Jacques Monsieur (il compte également le groupe Elf parmi ses clients).

James Marty Cappiau : ancien parachutiste belge, reconverti dans la sécurité privée, après avoir servi dans les rangs de l’armée croate. Engagé comme mercenaire par le Congolais Lissouba, il supervise les livraisons d’armes de Jacques Monsieur. Il a été tué dans un règlement de compte entre mafieux à Zagreb.

Claudine Fraiture : ingénieur en aéronautique, gérante de la North Atlantic Consultant, cabinet de lobbying installé à Bruxelles puis près de Tours, cette société s’occupait de la comptabilité des activités de Jacques Monsieur.

Patrice Bourges : fils d’Yvon Bourges, ancien ministre de la Défense (1975-1980), cet ingénieur a beaucoup voyagé pour le compte de Jacques Monsieur qui cherchait à se prévaloir d’appuis politiques en France.
Ses circuits

Comme tous les intermédiaires évoluant sur le marché gris des armes, Jacques Monsieur a d’abord un très bon carnet d’adresses dans le monde entier. En particulier des correspondants dans la plupart des sociétés publiques ou semi-publiques qui gèrent les approvisionnements de l’Etat, comme la Kintex bulgare ou la Norinco chinoise.

Lorsqu’il le faut, il s’adresse directement aux acheteurs des MOD (Minister of Defense), comme en Iran ou dans les divers pays africains avec lesquels il commerce.

En cas de nécessité, il est capable de trouver des vrais-faux EUC (End-User Certificate ou Certificat de destination finale), autrement dit un Etat qui accepte de produire un certificat justifiant l’autorisation d’exportation, comme le prévoient les règlements internationaux. Un faux EUC coûte environ 5% du marché.
Enfin, il dispose d’un réseau de comptes bancaires dans le monde entier, les principaux étant situé au Luxembourg (Banque Handlowy International de Luxembourg) et en Suisse (BNP Genève). Il s’agit de comptes dont l’identifiant est souvent une société-écran située dans un paradis fiscal (île Maurice ou Panama). La plupart des transactions sont effectuées par lettre de crédit, garantissant ainsi au vendeur le paiement du matériel livré.

Source : http://www.rfi.fr/actufr/articles/060/article_32272.asp

BIZARRE !BIZARRE !......Beaucoup d excitation ces derniers jours dans ces milieux !
Des elements nouveaux seraient ils sortis sur ce site .
Qui a 1 explication ??? merci

michel a écrit:

Le dispositif de Jacques Monsieur
Selon Jacques Monsieur, la plupart du temps les armes étaient fournies à des pays qui n’étaient pas en guerre.(Photo : AFP)
Selon Jacques Monsieur, la plupart du temps les armes étaient fournies à des pays qui n’étaient pas en guerre.
(Photo : AFP)
Gros plan sur l’organisation mise en place par le trafiquant d’armes Jacques Monsieur.

Imprimer l'article

Envoyer l'article

Réagir à l'article
Ses marchés

C’est une lapalissade : ils évoluent au rythme de la tectonique géopolitique. Dans les années 80, Jacques Monsieur affirme avoir effectué de nombreux voyages dans les pays de l’Est. Puis, en 1985, au cœur de l’Irangate, il se consacre à l’Iran, dont il assurera l’approvisionnement en pièces détachées durant plus d’une décennie, tout en écoulant des stocks iraniens de munitions et d’armes (artillerie et armes légères) au profit de différents clients en guerre (Equateur, Bosnie, Congo-Brazzaville).

Au moment du conflit en ex-Yougoslavie, de 1992 à 1995, il est à nouveau celui qui met en oeuvre le double jeu de la politique des alliés occidentaux, en équipant des belligérants normalement soumis à un embargo de l’ONU. Après sa mise en examen, en 1998, il semble ne plus avoir de véritables orientations de travail. Il tente de se reconvertir dans d’autres secteurs (téléphonie mobile) et vers d’autres clients prêts à débourser le prix fort pour ses services (Côte d’Ivoire).
Son équipe

Andreï Izdebtsky : gérant de la firme slovaque Joy Slovakia, apparaît comme l’un des principaux associés de Jacques Monsieur pour les pays de l’Est.

Jean-Bernard Lasnaud : correspondant de Jacques Monsieur installé près de Miami en Floride. Ce Français, très connu sur le marché de l’armement, semble bénéficier d’une protection directe de la CIA.

Jean-Claude Uthurry-Borde : le vrai bras droit de Jacques Monsieur, présent dans la plupart des opérations du marchand d’armes.

Pierre Ferrario : ex-gérant d’une armurerie à Paris, se dit très proche de la DST, la Direction de la surveillance du territoire. Il travaille ponctuellement avec Jacques Monsieur.

Yves-Michel Deloche : spécialiste de l’aviation, installé à Genève, il est le gérant de Jet Finances consultant SA. Son activité : mettre des avions à la disposition de ses clients parmi lesquels Jacques Monsieur (il compte également le groupe Elf parmi ses clients).

James Marty Cappiau : ancien parachutiste belge, reconverti dans la sécurité privée, après avoir servi dans les rangs de l’armée croate. Engagé comme mercenaire par le Congolais Lissouba, il supervise les livraisons d’armes de Jacques Monsieur. Il a été tué dans un règlement de compte entre mafieux à Zagreb.

Claudine Fraiture : ingénieur en aéronautique, gérante de la North Atlantic Consultant, cabinet de lobbying installé à Bruxelles puis près de Tours, cette société s’occupait de la comptabilité des activités de Jacques Monsieur.

Patrice Bourges : fils d’Yvon Bourges, ancien ministre de la Défense (1975-1980), cet ingénieur a beaucoup voyagé pour le compte de Jacques Monsieur qui cherchait à se prévaloir d’appuis politiques en France.
Ses circuits

Comme tous les intermédiaires évoluant sur le marché gris des armes, Jacques Monsieur a d’abord un très bon carnet d’adresses dans le monde entier. En particulier des correspondants dans la plupart des sociétés publiques ou semi-publiques qui gèrent les approvisionnements de l’Etat, comme la Kintex bulgare ou la Norinco chinoise.

Lorsqu’il le faut, il s’adresse directement aux acheteurs des MOD (Minister of Defense), comme en Iran ou dans les divers pays africains avec lesquels il commerce.

En cas de nécessité, il est capable de trouver des vrais-faux EUC (End-User Certificate ou Certificat de destination finale), autrement dit un Etat qui accepte de produire un certificat justifiant l’autorisation d’exportation, comme le prévoient les règlements internationaux. Un faux EUC coûte environ 5% du marché.
Enfin, il dispose d’un réseau de comptes bancaires dans le monde entier, les principaux étant situé au Luxembourg (Banque Handlowy International de Luxembourg) et en Suisse (BNP Genève). Il s’agit de comptes dont l’identifiant est souvent une société-écran située dans un paradis fiscal (île Maurice ou Panama). La plupart des transactions sont effectuées par lettre de crédit, garantissant ainsi au vendeur le paiement du matériel livré.

Source : http://www.rfi.fr/actufr/articles/060/article_32272.asp

GERARD BULL est mort !MONSIEUR tjs vivant ,qui a 1 explication ?

alain a écrit:

michel a écrit:

Le dispositif de Jacques Monsieur
Selon Jacques Monsieur, la plupart du temps les armes étaient fournies à des pays qui n’étaient pas en guerre.(Photo : AFP)
Selon Jacques Monsieur, la plupart du temps les armes étaient fournies à des pays qui n’étaient pas en guerre.
(Photo : AFP)
Gros plan sur l’organisation mise en place par le trafiquant d’armes Jacques Monsieur.

Imprimer l'article

Envoyer l'article

Réagir à l'article
Ses marchés

C’est une lapalissade : ils évoluent au rythme de la tectonique géopolitique. Dans les années 80, Jacques Monsieur affirme avoir effectué de nombreux voyages dans les pays de l’Est. Puis, en 1985, au cœur de l’Irangate, il se consacre à l’Iran, dont il assurera l’approvisionnement en pièces détachées durant plus d’une décennie, tout en écoulant des stocks iraniens de munitions et d’armes (artillerie et armes légères) au profit de différents clients en guerre (Equateur, Bosnie, Congo-Brazzaville).

Au moment du conflit en ex-Yougoslavie, de 1992 à 1995, il est à nouveau celui qui met en oeuvre le double jeu de la politique des alliés occidentaux, en équipant des belligérants normalement soumis à un embargo de l’ONU. Après sa mise en examen, en 1998, il semble ne plus avoir de véritables orientations de travail. Il tente de se reconvertir dans d’autres secteurs (téléphonie mobile) et vers d’autres clients prêts à débourser le prix fort pour ses services (Côte d’Ivoire).
Son équipe

Andreï Izdebski : gérant de la firme slovaque Joy Slovakia, apparaît comme l’un des principaux associés de Jacques Monsieur pour les pays de l’Est.

Jean-Bernard Lasnaud : correspondant de Jacques Monsieur installé près de Miami en Floride. Ce Français, très connu sur le marché de l’armement, semble bénéficier d’une protection directe de la CIA.

Jean-Claude Uthurry-Borde : le vrai bras droit de Jacques Monsieur, présent dans la plupart des opérations du marchand d’armes.

Pierre Ferrario : ex-gérant d’une armurerie à Paris, se dit très proche de la DST, la Direction de la surveillance du territoire. Il travaille ponctuellement avec Jacques Monsieur.

Yves-Michel Deloche : spécialiste de l’aviation, installé à Genève, il est le gérant de Jet Finances consultant SA. Son activité : mettre des avions à la disposition de ses clients parmi lesquels Jacques Monsieur (il compte également le groupe Elf parmi ses clients).

James Marty Cappiau : ancien parachutiste belge, reconverti dans la sécurité privée, après avoir servi dans les rangs de l’armée croate. Engagé comme mercenaire par le Congolais Lissouba, il supervise les livraisons d’armes de Jacques Monsieur. Il a été tué dans un règlement de compte entre mafieux à Zagreb.

Claudine Fraiture : ingénieur en aéronautique, gérante de la North Atlantic Consultant, cabinet de lobbying installé à Bruxelles puis près de Tours, cette société s’occupait de la comptabilité des activités de Jacques Monsieur.

Patrice Bourges : fils d’Yvon Bourges, ancien ministre de la Défense (1975-1980), cet ingénieur a beaucoup voyagé pour le compte de Jacques Monsieur qui cherchait à se prévaloir d’appuis politiques en France.
Ses circuits

Comme tous les intermédiaires évoluant sur le marché gris des armes, Jacques Monsieur a d’abord un très bon carnet d’adresses dans le monde entier. En particulier des correspondants dans la plupart des sociétés publiques ou semi-publiques qui gèrent les approvisionnements de l’Etat, comme la Kintex bulgare ou la Norinco chinoise.

Lorsqu’il le faut, il s’adresse directement aux acheteurs des MOD (Minister of Defense), comme en Iran ou dans les divers pays africains avec lesquels il commerce.

En cas de nécessité, il est capable de trouver des vrais-faux EUC (End-User Certificate ou Certificat de destination finale), autrement dit un Etat qui accepte de produire un certificat justifiant l’autorisation d’exportation, comme le prévoient les règlements internationaux. Un faux EUC coûte environ 5% du marché.
Enfin, il dispose d’un réseau de comptes bancaires dans le monde entier, les principaux étant situé au Luxembourg (Banque Handlowy International de Luxembourg) et en Suisse (BNP Genève). Il s’agit de comptes dont l’identifiant est souvent une société-écran située dans un paradis fiscal (île Maurice ou Panama). La plupart des transactions sont effectuées par lettre de crédit, garantissant ainsi au vendeur le paiement du matériel livré.

Source : http://www.rfi.fr/actufr/articles/060/article_32272.asp

BIZARRE !BIZARRE !......Beaucoup d excitation ces derniers jours dans ces milieux !
Des elements nouveaux seraient ils sortis sur ce site .
Qui a 1 explication ??? merci

Bonjour. Allez savoir ? Ne nous montons pas le col, la Belgique ne trafique plus le sarmes, elle a des lois pour ça ! Quelle genre d'excitation ? merci.